Jorna Wierts is relatiecoach voor non-monogame koppels en singles én de oprichtster van het exclusieve erotische feest: Big Little Secrets. Ze maakt verre van burgerlijke dingen mee. Voor FHM schrijft ze om de week over alles wat ze ziet en beleeft sinds ze op ontdekkingstocht is naar seks en erotiek.
Mijn beste vriendin M. en ik lopen over de rode loper van een Amsterdamse club die vanavond voor het eerst haar deuren opent. We zijn uitgenodigd voor de grand opening en hebben hiervoor onze mooiste jurkjes uit de kast getrokken. We zijn net één minuut binnen en ik voel dat de jager in mij aan het ontwaken is. Het fijne is dat ik in een relatie zit waarbij ik mijn jager mag omarmen en ook - tot op zekere hoogte - haar gang mag laten gaan.
Mijn vriendin en ik komen aan bij de garderobe en laten onze jassen ophangen. Ik scan mijn medebezoekers maar zie nog geen mannen of vrouwen waar ik mijn charmes voor in de strijd wil gooien. Ik betrap mezelf op mijn gretigheid en moet hardop lachen. “Wat zit je te grinniken?” vraagt M. nieuwsgierig. “Ik zie nog geen lekkere hapjes, jij?” “Ik ben daar sowieso niet mee bezig en we zijn net binnen dus calm your tits vriendin.” Zegt M. spottend. Toen M. de diagnose borstkanker kreeg, heeft zij met haar vriend een hele gezonde beslissing gemaakt om voorlopig monogaam te zijn. Een leven met kanker is al uitdagend genoeg, ook nu tijdens haar herstelperiode.
Verlegen tienermeisje
Eenmaal binnen dansen M. en ik alsof ons leven ervan afhangt. We staan vlakbij de Dj en ineens zie ik achter mij een lange, bloedknappe adonis staan. Ik neem hem van top tot teen in me op en zie dat hij geen bezoeker is. Zijn uniform met daarop een grote ‘V’ en ‘Security’ verklappen zijn rol. Zijn borstkast en gespierde armen zijn door het strakke shirt goed zichtbaar. Ik voel een kriebel in mijn buik. Dit teken wil ik niet negeren en kijk over mijn schouder naar achter zodat ik oogcontact met hem kan maken. Hij kijkt me aan maar kijkt ook gelijk weer weg. Ik besluit me niet uit het veld te laten slaan. Deze jongen ziet natuurlijk tientallen meiden op een avond die met hem proberen te flirten. Met mijn motto’s in gedachte: ‘de aanhouder wint’ en ‘nee heb je, ja kun je krijgen’, draai ik me naar hem toe en ga zelfverzekerd naast hem staan. We hebben nu langer oogcontact en hij lacht naar me. Hij laat zijn breedste en mooiste glimlach met hagelwitte tanden zien. Ik smelt en de kriebels in mijn buik maken een reis richting mijn vulva.
De rol van jager transformeert zich naar een rol als een verlegen tienermeisje. Plots hoor ik zijn donkere stem in mijn oor: “Kan ik je ergens mee helpen, mooie dame?” Mijn benen veranderen binnen een no time in doorgekookte spaghettislierten en ik moet mijn best doen om op mijn stiletto’s te blijven staan. “Nou, uuh helpen niet, maar wil wel even tegen je zeggen dat je me positief opvalt.” ‘Positief opvalt?!’ zeg ik dit nou echt? Kon ik niet iets beters bedenken? We raken aan de praat. Inmiddels heb ik kunnen uitleggen wat voor feesten ik organiseer en wat mijn relatiestatus is. Hier deinst hij gelukkig niet van terug. “Sla mijn nummer maar op, je weet maar nooit” zeg ik semi nonchalant. Eerst maar eens groen licht van mijn vriend krijgen, denk ik terwijl ik zijn telefoon in mijn handen heb om mijn nummer in op te slaan.
Kwijlen
Een uur later besluiten mijn vriendin M. en ik om naar huis te gaan maar maken eerst in de Leidsestraat een tussenstop bij de McDonald's. Tijdens het eten praten we over de tijd dat ze doodziek was, chemotherapie onderging en hoe spannend de uitslag van de scan zal zijn die ze volgende week krijgt. We kunnen onze tranen niet bedwingen. Op dat moment verschijnt er een melding in het scherm van mijn telefoon. Een appje van een onbekend nummer: ‘Y. hier ;). Ga je nog wat doen?’ “Oh mijn god, de bewaker vraagt of ik nog iets ga doen.” Mijn vriendin M. en ik kunnen weer lachen. “Jor, je was net binnen echt aan het kwijlen. Ga je met hem afspreken?” “Ik wil wel maar ik moet dit eerst thuis overleggen. Ik kan er nu weinig mee dus ik laat het voor nu” “Verstandig vriendin.” Zegt M. Ik reageer terug: ‘He schat, nee niks meer doen. Morgen vroeg op… jij?’ Y:‘Aah jammer, had je graag nog willen zien.’ Vijf minuten later fietsen M. en ik via het Leidseplein terug naar huis. Eenmaal thuis zie ik dat mijn vriend slaapt. Ik ga naast hem liggen en val als een blok in slaap. De volgende dag word ik wakker en kijk op mijn telefoon. Ik zie een appje van Y. in mijn scherm: ‘Wanneer zie ik je?’ Zowel ik als mijn kriebels zijn meteen wakker.
Meer lezen van Jorna Wierts?