Q/U met het Belgische regieduo Adil El Arbi en Bilall Fallah over hun droomdebuut in Hollywood: Bad Boys For Life

Het is al zeventien jaar geleden dat wij voor de laatste keer werden getrakteerd op één van de meest iconische cop-duo’s uit de filmgeschiedenis. We hebben het natuurlijk over detective Mike Lowrey (Will Smith) en detective Marcus Bennet (Martin Lawrence). De enige échte Bad Boys. Na deze lange periode van afwezigheid mocht een voor veel mensen nog onbekend duo de franchise nieuwe leven inblazen. Twee jonge gasten uit België mochten het voormalige schatje van Michael Bay in elkaar gaan flansen. Bad Boys For Life is zowel fris als iconisch. Het is alsof we Mike en Marcus nooit hebben moeten missen en dat hebben we te danken aan dit ontzettend enthousiaste en leuke duo. Wij spraken de mannen over hun succes in een ontzettend relaxte setting, waarbij er vooral veel werd gelachen.

Voor Adil El Arbi en Bilall Fallah betekent dit hun debuut in het grote Hollywood. De jonge gastjes kun je kennen van Patser en Black. Dit waren beide succesvolle films in Nederland en België. Patser heeft zelfs wel een beetje een Bad Boys-vibe gaande. Waarschijnlijk vond producent Jerry Bruckheimer dit ook, want hij kreeg de jongens in het vizier. De producent achter Top Gun, Beverly Hills Cop en natuurlijk Bad Boys gaf deze jonge knapen uit België de kans van hun leven en vroeg of zij de derde installatie van Bad Boys wilde gaan regisseren. Hier hoefden de jongens geen twee keer over na te denken en dus grepen ze de kans met beide en in dit geval vier handen aan. “Als Jerry je belt over Bad Boys 3 dan zeg je natuurlijk ja.”

Andere koek

We hebben het hier natuurlijk wel over Hollywood. De mannen zien zelf ook wel in dat ze geen filmpje schieten in Brussel, maar dat ze zich nu onder de grote mannen bevinden en samenwerken met internationale supersterren als Will Smith en Martin Lawrence.  We hebben het over een hele andere koek, hoe ga je daar mee om? “Het is een veel grotere machine en logger. Je kan niet snel een kleine beslissing nemen, zoals bijvoorbeeld een shot tussendoor gooien. In Amerika is er veel meer mogelijk, je kunt gigantische sets laten bouwen of een vliegtuig laten ontploffen. Alleen hebben onze keuzes hier veel grotere consequenties dan in België. Daarom moet alles eerst met het team worden besproken, voordat er een beslissing wordt genomen. Je moet mensen soms overtuigen van een creatief idee. In België gaat dat een stuk makkelijker. Als we daar een idee hadden, gingen we dat gewoon doen.”

De mannen moeten een klein deel van hun creativiteit dus inleveren. Dit soort films volgen een strak schema, maar dat betekent niet dat er geen andere leuke dingen bij komen kijken. Dit keer lopen de mannen namelijk niet met opkomende acteurs rond, maar met ‘Hollywoods finest’, zoals Will en Martin. Hoe was dat voor jullie? “Will en Martin zijn een iconisch duo. Voor ons is het eigenlijk: “Sit back, relax and enjoy”. De chemie tussen die twee is ongeëvenaard. Het zijn twee getalenteerde filmmakers waarbij het gewoon vanzelf gaat. Bij onervaren acteurs, zoals in Black en Patser, moeten wij de acteurs veel meer aansturen en een beetje professionaliseren. Die rauwheid waarmee onervaren acteurs acteren maakt het wel weer interessant, maar om deze professionals in actie te zien was echte een blessing.”

Adil El Arabi en Bilall Fallah
Foto: Bart van der Putten / Universal Pictures International Netherlands

Samen staan we sterk

Adil en Bilall kennen elkaar al superlang en doen al jaren elk filmproject samen. De twee hebben een bijzondere band opgebouwd en dat is te merken aan de jongens. Samen maakten ze al drie speelfilms en nu maken ze samen hun Hollywood-debuut met Bad Boys For Life. Hoe gaan jullie samen te werk? “Meestal zijn we bij alle opnames samen, maar bij zo’n grote en chaotische productie als dit is dat niet altijd mogelijk. Je hebt maar beperkt de tijd en soms moet je dan opsplitsen. Ik (Adil) was dan met cameraploeg bezig aan de ene kant van de set, terwijl Bilall aan de andere kant een scène schoot. Het feit dat we met z’n tweeën zijn is wel enorm winstgevend. We weten wat we aan elkaar hebben en dat is fijn.”

Op de vraag of ze ook een project solo zouden willen doen, zeggen ze het volgende: “Nee, we vormen een écht team. Dit doen we samen met onze cameraman, waarmee we ook onze vorige films hebben gemaakt. Als je alleen bent, dan heb je je eigen twijfels en onzekerheden. Als team ben je gewoon sterker. Wij willen Adil en Bilall ook graag neerzetten als een merknaam, zodat mensen weten wat onze stijl is.” Deze mannen kun je niet van elkaar loskoppelen. Team work make the dream work.

Adil El Arabi en Bilall Fallah
Foto: Bart van der Putten / Universal Pictures International Netherlands

De Adil en Bilall vibe

De merknaam Adil & Bilall wordt in Hollywood rond gefluisterd en beetje bij beetje mogen de mannen gaan hopen op meer klussen, maar hoe gaat het er nou daadwerkelijk achter de schermen aan toe? Mag je als broekies wel je zegje doen? “In België hebben wij nog nooit echt 100% aan onze films geschreven. Wel zijn we altijd nauw betrokken bij het ontstaan en ontwikkelen van het script. Nu was dit geheel anders. Het scenario voor Bad Boys is namelijk niet geschreven door één persoon.”

“Je hebt een hoofdscenarist, maar je komt regelmatig samen in een soort van ‘writersroom’. Will, Martin en Jerry Bruckheimer zijn hier allemaal aanwezig. In deze ruimte ga je dan brainstormen. Met als gevolg heerlijke creatieve discussies, waar men ook voor open staat. Aan de structuur van de film kunnen we eigenlijk niets veranderen, maar binnen de scènes kunnen we wel het één en ander aanpassen. We konden niet altijd zeggen wat we wilden, maar we konden wel heel duidelijk zeggen wat we niet wilden. Dat wat wij niet zagen zitten schoten we dan ook niet.”

Adil El Arabi en Bilall Fallah
Foto: Bart van der Putten / Universal Pictures International Netherlands

Toch zien we ook een frisse toevoeging aan het al bestaande Bad Boys-concept. Hoe hebben jullie dat voor elkaar gekregen? “Bad Boys heeft een duidelijke fanbase. Hier rekenen wij onszelf ook toe. Wij zijn opgegroeid met deze films. Nu mogen we zelf een vervolg maken op een film waar al zoveel mensen aan hebben gewerkt. Will Smith, Martin Lawrence, Jerry Bruckheimer en de hele crew. Dat geeft wel stress, maar aan de andere kant zijn deze mensen er allemaal om je te ondersteunen.

“In dit derde deel gaat de verhaallijn wat dieper. Er is meer drama en er zijn wat hardere momenten, die je nog niet hebt gezien in de vorige films. De personages zijn geëvolueerd, ze zijn ouder. De ene accepteert dat beter dan de ander. Dat geeft een conflict wat je in de andere films niet zag. Tegelijkertijd is de film een hommage aan de films uit de jaren ’90 van Michael Bay, Jerry Bruckheimer en Tony Scott. De eerste films waren een product van hun tijd, maar wij hebben geprobeerd wat verfrissing aan te brengen.”

Twee Belgisch-Marokkaanse jongens op avontuur in Hollywood

Bad Boys For Life vertelt niet alleen het verhaal van Mike en Marcus, maar ook dat van Adil en Bilall. Het is namelijk best bijzonder dat twee jonge Belgisch-Marokkaanse filmmakers deze kans krijgen. Dit gebeurt niet dagelijks in het elite Hollywood-wereldje. Hoe was dat voor jullie om als jonge Belgisch-Marokkaanse regisseurs deze film te maken?

“Onze Marokkaanse origine is deel van onze persoonlijkheid en dus ook onderdeel van de film. We hadden nooit een film als Black of Patser kunnen maken zonder die origine. Als je naar Martin Scorsese kijkt, dan zie je een duidelijke Italiaanse afkomst in zijn films. Je gebruikt je eigen achtergrond als kracht of visie om een film te maken. Ze hebben in Amerika nog nooit van een Belgische-Marokkaan gehoord. Als ze in Amerika horen dat je uit Marokko komt, dan denken ze aan de sprookjes van Duizend-en-een-nacht. Ze hebben daar nog nooit van de Mocro-maffia gehoord. Nu is het aan ons de taak om ze met ons kennis te laten maken.”

Adil El Arabi en Bilall Fallah
Foto: Bart van der Putten / Universal Pictures International Netherlands

De inspiratie

Zelf zijn de jongens natuurlijk ook ooit geïnspireerd. Wie zijn jullie grote voorbeelden? Door wie zijn jullie verliefd geworden op het maken van films? “In onze jeugd keken wij vooral naar de films van Steven Spielberg, zoals E.T, Indiana Jones en Jurassic Park. Als je wat ouder wordt, dan ga je wat meer ‘edgy’ films kijken. We hebben het dan over films van Martin Scorsese, Oliver Stone en Spike Lee. Die hebben ons echt geïnspireerd om cinema te studeren, maar we zijn ook dol op popcornfilms, zoals die van Jerry Bruckheimer.”

Verder houden de mannen er ook van om een realistisch beeld aan te houden. Niet alles wat je in deze film ziet kan natuurlijk, want het blijft Hollywood, maar toch is de film een stuk realistischer dan veel actiefilms van tegenwoordig. “Het is lang geleden dat we een buddy/cop film hebben gezien waarbij het drama echt is. Veel actiefilms van tegenwoordig zijn meer fantasie- of superheldenfilms, zoals bijvoorbeeld Hobbs & Shaw. Idris Elba wordt daar neergezet als de Black Superman en The Rock kan een helikopter en vijf wagens aan de grond houden. Dat zie je niet in het universum van Bad Boys. Wij houden wel van wat meer realiteit.”

De jongens combineren deze inspiratie met hun eigen Belgisch-Marokkaanse achtergrond. Gooi dit in een blender en je hebt een Adil en Bilalll-film. Bad Boys For Life is een heerlijke vernieuwing en een fantastisch derde deel in de bekende franchise. Een echte aanrader om op het grote witte doek te bewonderen. Hebben de mannen je nog niet overtuigd? Lees dan ook nog snel eventjes onze review, mocht je deze gemist hebben. Wij hopen stiekem al op een vierde deel!

Adil El Arabi en Bilall Fallah
Foto: Bart van der Putten / Universal Pictures International Netherlands
Reageer op artikel:
Q/U met het Belgische regieduo Adil El Arbi en Bilall Fallah over hun droomdebuut in Hollywood: Bad Boys For Life
Sluiten