Veganisme is overal helemaal hip. Leven en laten leven, wij vinden het allemaal prima. Al krijgen we wel jeuk van de vegans die het door je strot willen duwen. Tammi Jonas was één van die mensen, totdat ze in een yolo-opwelling een sappig hamburgertje tot haar nam. Dat smaakpupillen-verrijkende moment deed haar ogen openen, want daarna maakte ze de opzienbarende carriéreswitch tot slager.
Tammi is 49 jaar oud en begon haar vegan-lifestyle in de 70’s, nadat ze een boek las over de mishandelingen van dieren op boerderijen. De moeder uit Victoria, Australië nam tien jaar terug voor het eerst in jaren een stuk vlees. Dat was zo’n geweldige ervaring dat zij en haar man Stuart wat onderzoek deden. Daar kwamen ze tot de ontdekking dat ze de kost konden verdienen doormiddel van kleinschalige landbouw. Met de nadruk op het correct en rechtvaardig behandelen van de dieren.
De slager vertelt: “Mijn reis van hersenloze industriële eter naar vegetarisch tot ethische alleseter leidde me naar het beroep van varkensboer. Op die manier probeer ik bij te dragen aan de groeiende beweging om varkens en pluimvee terug uit stallen en op paddocks te krijgen. We kweken, slachten en genezen nu al ons vlees en bedienen 80 huishoudens van onze bloeiende, door de gemeenschap ondersteunde landbouw boerderij.” Tammi en haar man runnen het bedrijf nu al voor acht jaar lang: Jonai Farms and Meatsmiths. Mooi toch. Is ze nog van grotere waarde ook. Waar een stukje vlees al niet toe kan leiden!