Voetballen op 4.000 meter hoogte? Dat is andere koek,
mannen. Voor ons amateurvoetballers zou dat een enkeltje zuurstofmasker
betekenen. Maar zelfs de profs krijgen het daar Spaans benauwd.
Uruguay-verdediger José María Giménez moest in de slotfase zelfs aan het
zuurstof, en dat leverde toch een merkwaardig beeld op. Dat het een zware wedstrijd was voor Uruguay, is zacht
uitgedrukt. Ligt dat aan de luchtdruk? Nou, dat zou zomaar kunnen. Het stadion
van Bolivia ligt op een hoogte waar je normaal gesproken eerder lama’s dan
voetballers verwacht. Kijkend naar de statistieken wordt het pijnlijk
duidelijk: Bolivia vuurde 32 keer richting doel, waarvan zeven schoten op goal.
Uruguay? Nul. Nada. Helemaal niks. De spelers van Bolivia zullen zich na de
wedstrijd wel even achter de oren hebben gekrabd, met de gedachte hoe ze dit in
hemelsnaam verknald hebben. Maar goed, wij zijn geen scorebord-journalisten, dus
we kijken verder.
De hel van El Alto voor Uruguay
Het Estadio Municipal El Alto ligt op een duizelingwekkende
4.150 meter boven zeeniveau. Een beruchte voetbaluitspraak is: ''Can they do it
on a cold, rainy night in Stoke''? Nou, vergeet Stoke. De echte vraag is: ''Kan je
het op een warme zomeravond in El Alto''? Want daar speel je niet voor de lol.
Dit stadion is een van de hoogstgelegen ter wereld en voetballen op die hoogte
vraagt om een bizarre voorbereiding. En zelfs dan blijft het een helse
beproeving. Dit merkte José María Giménez, aanvoerder van Uruguay ook. Hij moest in de slotfase zelfs aan de zuurstof. Toch even schrikken voor de medische staf.
Geen plek voor amateurs
Laten we eerlijk zijn: dit is geen plek voor een potje op
zondagochtend met de mannen. Als profs al aan de beademing moeten, hoe moeten
wij stervelingen dat dan volhouden? Uruguay zal in ieder geval opgelucht
ademhalen (letterlijk) dat ze daar voorlopig niet meer terug hoeven te komen.
Een punt meenemen uit deze hoogtehel? Misschien wel de beste overwinning die ze
konden boeken.