Housen zonder pauze, volledig opgaan in de muziek en dansen of het je laatste is. Housemuziek lijkt alleen maar populairder te worden! Maar waar komt house eigenlijk vandaan, en hoe heeft het ons kikkerlandje zo compleet veroverd? Geen zorgen, wij nemen je mee op een swingende reis door de geschiedenis van housemuziek.
‘In the beginning there was Jack and Jack had a groove’. De legendarische acapella die de grondbeginselen van de house-muziek uitlegt bezorgt iedere oprechte raver kippenvel. ‘Can you feel iiiiiiit?’ Deze vocaal staat symbool voor een hele generatie, die wist dat ze aanwezig waren bij een revolutie: die van de elektronische dansmuziek, dan nog gewoon ‘house’. En daarmee heeft Fingers Inc. alles was daarna kwam beïnvloed.
Als je de wortels van housemuziek wilt begrijpen, moet je terug naar het Chicago van begin jaren tachtig, waar disco de dansvloeren regeerde. Het was het begin van een ware muzikale revolutie die de wereld zou veroveren als housemuziek. DJ Frankie Knuckles opende club The Warehouse in een oude loods (waar het genre zijn naam aan ontleent) en zo werd house echt geboren.
Opmerkelijk genoeg bleef house in de Verenigde Staten decennialang underground. Een totaal ander verhaal was het in Europa: op Ibiza ontdekte men vroeg de magie van een nacht dansen op deze baanbrekende muziek. Een groep Engelse Dj’s, waaronder namen als Paul Oakenfold en Danny Rampling, vierde vakantie op Ibiza en werden compleet gegrepen door de housevibe. Terug in het Verenigd Koninkrijk brachten ze deze nieuwe sound naar de clubs en zo verspreidde housemuziek zich als een wilde brand door heel Europa.
Vanaf 1985 begonnen ze vanuit Chicago en Detroit die eerste houseplaten naar Rotterdam en Amsterdam te brengen. Maar niet iedereen was er gelijk fan van. Nederlandse muziekfans in die tijd luisterden vooral naar new wave, Amerikaanse rockbands en hiphop. House leek te veel op disco voor hun smaak, niet echt origineel vonden ze.
Maar er was één uitzondering: De Clercq- godfather van de Amsterdamse house. Vanaf '87 draaide hij elke vrijdagavond house in de club RoXY. Die avonden waren niet echt winstgevend voor de club, dus De Clercq en zijn maten, Arjen Schrama en kunstenaar Peter Giele, moesten keihard knokken om house te laten overleven in de RoXY.
Het bestuur van de RoXY wilde de housemuziek zelfs helemaal schrappen vanwege de slechte omzet. Maar De Clercq liet zich niet kennen:
Van Veen vertelde aan De Wit in een interview dat hij in augustus dat jaar voor het eerst housemuziek hoorde, na twee weken feesten was hij helemaal ‘’hooked’’, en in september wilde hij niets liever dan erover schrijven.
En toen gebeurde het. Het nummer Pay the Piper van A-MEN (de Clercq & van Veen) maakte zijn entree als het allereerste Nederlandse housenummer en werd een hit. Op 2 september 1988 verscheen er zelfs een opvallend artikel in De Volkskrant.
Precies rond die tijd, toen de zomervakantie tegen zijn einde liep, kwamen Nederlanders terug van Ibiza en Engeland, waar ze de Second Summer of Love hadden meegemaakt en de zomer waarin housemuziek de boventoon voerde en de house feesten bloeiden. De positieve berichtgeving in zowel Nederlandse als Britse media en de terugkeer van vakantiegangers brachten een verandering teweeg in het uitgaansleven van Amsterdam.
Het eerste weekend van september 1988 markeerde volgens Mark van Bergen een ware muzikale en culturele revolutie door het feest dat op 3 september de leegstaande loodsen van het Amsterdamse KNSM-eiland op zijn kop zet. Vanaf dat moment stonden de mensen letterlijk in de rij voor housemuziek.
Bij deze feesten is het gebruikelijk om drugs te gebruiken, waaronder de opkomende drug ecstasy (xtc). Dit betekent dat je de hele nacht zalig kunt dansen zonder kater of risico op verslaving. Door een kleine groep die erg onder invloed is van xtc, wordt de energie beantwoord met snelle en harde muziek. Muziekkenner Gert van Veen linkt deze ontwikkeling aan de opkomst van hardcore: een genre van extreem snelle en harde techno waarbij het aantal beats per minuut drastisch wordt verhoogd.
Een nieuwe subcultuur komt op in Nederland: de gabbers. Je herkent ze aan hun geschoren hoofden, Australian trainingspakken, Nike Air Max-schoenen en hun welkbekende dansstijl "hakken". Gabber begint als een smalle subcultuur binnen de housescene, met feesten die aanvankelijk plaatsvonden in bijvoorbeeld discotheek Parkzicht in Rotterdam. Al snel groeit het uit tot een massale beweging met evenementen in de Energiehal en de RAI, waar duizenden gabbers op afkwamen. Het is opmerkelijk dat deze jeugdcultuur niet alleen in Nederland opkomt, maar ook een internationaal exportproduct werd.
In de jaren '90 smelten housemuziek en Top 40-pop samen, mede door acts als 2 Unlimited en later de Vengaboys. Vanaf 1994 wordt duidelijk dat er een grote industrie ontstaat rondom harder dancegeluid. Het bedrijf ID&T organiseert bijvoorbeeld de Thunderdome-feesten, die in de jaren '90 jaarlijks 40.000 bezoekers trekken. Aan het einde van de jaren '90, wanneer de populariteit van gabber begint af te nemen, speelt ID&T een cruciale rol in de opkomst van trance, een nieuwe stijl uit Duitsland die zich richt op melodie en sfeer.
Duncan Stutterheim van ID&T vertelt over het uit de hand gelopen eindexamenfeest waarmee alles begon. Begin 1999 organiseert ID&T het evenement Innercity in de Amsterdamse RAI, waar de focus ligt op techno en waar de Nederlandse DJ Tiësto zijn grote doorbraak beleeft. Andere Nederlandse trance-DJ's die wereldberoemd worden zijn Ferry Corsten en Armin van Buuren. Dit geldt ook voor de Sensation-feesten van ID&T, die vanaf 2000 plaatsvinden in de Amsterdam ArenA en worden geëxporteerd naar twintig landen wereldwijd. Nederlandse dance, de overkoepelende term voor alle soorten elektronische dansmuziek, is uitgegroeid tot een exportproduct en DJ's zoals Hardwell, Martin Garrix en Oliver Heldens zijn uitgegroeid tot ware popsterren.