Voorpublicatie: Blind vertrouwen – Het verhaal van een Nederlands Special Forces-team in Uruzgan

In 2007 vertrok team Nassau 5-4 bestaande uit Nederlandse Special Forces-operators voor een uitzending van vier maanden naar Uruzgan, Afghanistan. De mannen maakten deel uit van de laatste lichting die als taak heeft de Taliban te ontwrichten. Dit leidt tot vele botsingen met de tegenstander. De mannen gaan vaak tot het gaatje, kennen hoogtepunten en dieptepunten. En het levert hen een ervaring op om nooit te vergeten.Wij delen een fragment uit het boek en zijn zo aardig om vijf exemplaren weg te geven

Sniper

`Mark!´ Slechts twintig minuten zijn verstreken wanneer Jack de sniper in het team oproept zijn .338 gereed te maken. What happened, Jack? Het geluid van stemmen verraadde de herder die, zoals Jack vanuit zijn wachtpositie goed kan zien, even verderop met twee zwaarbewapende mannen in gesprek staat. Taliban. Nu is er geen twijfel meer. Het is zij of wij. Snipertijd. Marks moment kan ieder moment aanbreken. Michel beweegt zich naar hem toe en posteert zich naast hem met de Leica, zijn laserafstandsmeter. Zodra ze beide mannen in zicht hebben meet hij de afstand: 257 meter. Arie en Chris hebben zich inmiddels vlak naast hen geïnstalleerd met de 40mm UGL in de aanslag. Snel zet Mark de demper op de loop van zijn .338. Ze mogen niet waargenomen worden, dan is de hele missie voor niets geweest. ´Zodra jullie ze allebei in beeld hebben, schiet je.´ Jacks bevel is kort en krachtig. De momenten die volgen gaan voor hun gevoel tergend langzaam voorbij. De status van Mark en Michel, halfzittend en halfliggend in hun oncomfortabele en onhandige positie, is het beste te vergelijken met die van een strakgespannen pijl en boog. Beide mannen zijn in opperste concentratie en tegelijk voelen ze een ingehouden ongeduld om te doen wat van ze verwacht wordt. Om uit te voeren wat ze van zichzelf verwachten. ´Als ik nu misschiet, krijg ik dat de rest van de uitzending te horen,’ schiet het Mark door zijn hoofd. Maar zijn geduld wordt opnieuw op de proef gesteld. Het lijkt wel alsof de Afghanen het voelen! Staande in een soort kom tussen de rotsen is er telkens wel iets wat het zicht op de twee OMF belemmert. Dan gaat de ene vent weer zitten. Vervolgens begint de andere te telefoneren en verdwijnt met zijn kop achter een rots. Zo gaat het maar door. Om gek van te worden. Totdat, eindelijk, beide mannen tegelijk in beeld zijn. Dit is zijn moment. Het kruis staat op de borst. De vinger die zich om de trekker van zijn .338 kromt trilt, bijna onmerkbaar maar verdomd, het is zo. Boem!

Michel hoort het schot dat zijn makker afvuurt en ziet tegelijkertijd de ene figuur in elkaar klappen en in de kom erachter verdwijnen. Hij reageert direct door met zijn C8 te mikken op de tweede man die uit alle macht het gat probeert te bereiken waar het eerste slachtoffer net in is gevallen. Chris en Arie vuren eveneens met de UGL op de twee overgebleven Afghanen. De TIC is op volle toeren. Mark herlaadt – door de zenuwen hapert hij een beetje – en lost het tweede schot gericht op de herder die letterlijk het gat induikt. De C8 en de UGL schieten door en raken de laatste nog rechtopstaande man die, al grijpend naar zijn gewonde schouder, tenslotte ook voorover de opening intuimelt. Chris en Arie vuren nog drie granaten de mannen achterna, het gat in. De harde klanken van de schoten weerkaatsen door de stilte van het zwijgende rotsgebergte.

´This is Windmill six-nine, Troops in contact, need air support now, over!´ Koen hangt al aan de 117F satellietradio met hun commandant op het basiskamp, die vervolgens voor hen het contact zal leggen met het Tactical Operations Centre (TOC) in Kandahar. Koen wil zo snel mogelijk een Apache of een ander toestel ter plaatse krijgen. Het risico dat er meer OMF vanuit het gat naar boven komen is groot. Door de TIC met de herder en twee OMF-strijders zijn de Vipers waargenomen en lopen ze reëel gevaar. Ze schieten weliswaar met dempers maar de Taliban heeft er zeker lucht van gekregen en inmiddels meegekregen dat hun berg bezet is door ongewenste gasten. Jammer genoeg kan er tijdens deze grote operatie niet rechtstreeks met het TOC in Kandahar contact gemaakt worden, zoals Koen normaal gewend is. Er zit een schakel tussen. Dat betekent tragere communicatie en dus tragere reactie. Wanneer gaat de luchtsteun komen?

Nietig. Zo voelen de Vipers zich in dit immense gebergte waarin hun vijand koning is. Wat schrijft de drill voor in een dergelijke situatie? OP Breakout. Inpakken en wegwezen. Terwijl er drie man op wacht blijven staan pakt de rest hun spullen in en maakt zich klaar om te vertrekken. Op dat moment ziet Koen hoe er een Chinook en twee Apaches aan komen vliegen. Ja? Vreemd genoeg vliegen ze veel te laag. Op deze manier zullen de toestellen hen onderlangs passeren. Wat is dit, vraagt Koen zich af. De vliegers vergissen zich in hun positie. Hij heeft alles toch tot in de puntjes doorgegeven? ´Klotezooi, waar zijn die lui in godsnaam mee bezig?´ De stress loopt nu hoog op. ´Windmill 6-9 for Stabs, over!´ Koen probeert rechtstreeks contact te zoeken met de vliegers. Kennelijk hebben ze geen weet van zijn aanwezigheid hoog boven op de berg. Een andere verklaring is er niet. Er komt nauwelijks tot geen verbinding tot stand. Dat was te verwachten doordat de toestellen hun radioantennes altijd naar beneden gericht hebben. Hoe vaak komt het immers voor dat je als ondersteunend vlieger voor grondtroepen wordt opgeroepen door iemand die zich boven je bevindt? Precies, zelden tot nooit. Lijdzaam zien Koen en de mannen toe hoe de vliegers uit het zicht verdwijnen. Hier gaat iets helemaal mis. Hij laat het er niet bij zitten en roept opnieuw de commandant op. ´What the hell just happened?´ Pas veel later zal Koen te horen krijgen hoe deze misser in communicatie kon ontstaan en zal hij begrijpen hoe de vliegers van elke blaam gezuiverd zijn. Zij deden slechts wat ze gebriefd waren te doen. Ze waren zich van geen kwaad bewust en nog minder van een kleine SF-eenheid in nood boven zich. Hun orders waren immers om verder te vliegen en andere troepen bij te staan. De commandant had geen juist beeld van de noodzaak voor Viper om juist op dat moment luchtsteun te krijgen. Hoe groter de operatie, hoe trager en hoe minder efficiënt de communicatie. In het daaropvolgende radiocontact met de commandant windt Koen er geen doekjes om. Zijn boodschap komt dan wel aan, loud and clear. Er komt een herkansing. Voor de communicatie en voor een poging tot luchtsteun. Maar vooralsnog zijn de Vipers weer op zichzelf aangewezen.

Winnen

Wil jij het boek ‘Blind Vertouwen’ winnen? Laat in de comments op Facebook weten waarom jij dit boek wil hebben en wie weet wordt ‘ie binnenkort door de gleuf van je voordeur geschoven.

Reageer op artikel:
Voorpublicatie: Blind vertrouwen – Het verhaal van een Nederlands Special Forces-team in Uruzgan
Sluiten