Wanneer in februari 2022 Rusland Oekraïne binnenvalt, kijken Coen van Oosten en Franky van Hintum, twee vrienden uit Brabant, machteloos toe. Lang kan het gevoel van onmacht niet duren: nog diezelfde maand besluiten ze in actie te komen. Wat begint als een spontaan gebaar, friet bakken voor vluchtelingen bij de Poolse grens, groeit uit tot een jarenlange missie die hen tot diep in het frontgebied brengt. Ze evacueren burgers onder vijandelijk vuur, leveren voedsel aan frontsoldaten en leggen getuigenissen vast, alles met gevaar voor eigen leven. "Wij willen laten zien hoe heftig die
oorlog is," zegt Franky. "Hoeveel burgerdoelen worden geraakt, hoeveel onschuldige levens verloren gaan." "Niet de propaganda, maar alles wat wij zelf zien."
Van rivalen naar vrienden
Coen van Oosten en Franky van Hintum leerden elkaar kennen in Best, een dorp in Brabant, waar ze ooit elkaars concurrenten waren op de markt en in de wereld van op afstand bestuurbare autootjes. Het was een onderlinge rivaliteit die gepaard ging met wat botsingen. Een rivaliteit die Franky ooit eens deed besluiten om Coen een inkooptip te geven naar Frankfurt, terwijl het daadwerkelijke inkooppunt in Parijs was. Terwijl hij daar verdwaasd rondliep, draaide de handel dus in Parijs op volle toeren. Een streek die desondanks het begin betekende van hun vriendschap.
Coen probeert de kinderen weer wat op te vrolijken in een moeilijke tijd
Ondanks dit stroeve begin bleken beide heren dus bestand tegen tegenslag en mislukking. Wat begon als een zakelijke relatie, ontwikkelde zich in de loop der jaren tot een sterke vriendschap, waarin ze elkaar door dik en dun steunden. Deze vriendschap zou hen uiteindelijk leiden naar Oekraïne, een land in oorlog, waar ze met vereende krachten zich samen zouden inzetten om een verschil te maken. In Nederland rijden ze nog weleens met de frietkar om hun eigen levensonderhoud te voorzien. Maar hun nieuwe levensmissie verplaatste zich vanaf dat moment voor een groot gedeelte naar Oekraïne.
Van frietkar naar frontlijn
In de eerste weken van maart 2022 vertrekken Franky en Coen naar de Poolse-Oekraïense grens. Met eigen middelen en een frietkar bakken ze duizenden porties friet per dag voor vluchtelingen die na een angstige en onzekere tijd de grens weten over te steken. Het plan was om één week te blijven. Dat werden er twee. Daarna drie.
"Op een gegeven moment zagen we een man wiens dak kapot was geschoten," vertelt Franky. "Dan denk je: daar kunnen we toch ook iets aan doen?" De kleine gebaren groeien uit tot grotere hulpacties: dakreparaties, inzamelingsacties voor ziekenhuisapparatuur, voedseltransporten. En telkens trekt het front hen dieper Oekraïne in. "Je groeit erin," legt Franky uit. "Als je zou zeggen: we rijden nu in één keer naar het front in Bachmoet, dan houdt bijna iedereen het halverwege voor gezien." Maar wij zijn langzaam verdergegaan. Steeds een stapje."
Mensen in de rij voor een Hollandse snack. Op de achtergrond verwoeste woningen
Evacueren onder vuur
Vandaag de dag draait hun missie niet meer alleen om voedsel uitdelen. 70% van hun tijd zijn Coen en Franky bezig met evacuaties. Vaak trekken ze in kogelwerende vesten, onder dreiging van drones en ander zwaar geschut, naar frontsteden als Kramatorsk, Slovjansk en Chasiv Yar om kwetsbare burgers uit het oorlogsgebied te halen. "We evacueren ouderen die niet willen vertrekken, moeders met kinderen en gewonde burgers," zegt Franky. "En soms moeten we helaas ook mensen achterlaten die weigeren mee te gaan. Dat breekt je hart."
In hun shelter, het 'Holland House' in Dnipro, vangen ze evacuees tijdelijk op. Mensen die vaak nog maar kortgeleden hun huizen zagen instorten of familieleden verloren, kunnen hier veilig opgevangen worden. "Ze zijn soms bang om te slapen in de stilte," zegt Franky. "Ze zijn zo gewend aan explosies dat de rust bijna ondraaglijk wordt."
De oorlog brengt veel emotie met zich mee
Een oorlog tegen burgers
Tijdens hun werk maken Coen en Franky talloze voorbeelden mee van burgerdoelen die doelbewust worden geraakt. Zo filmen ze raketinslagen waarbij scholen, ziekenhuizen en woonwijken in puin liggen. "Wij hebben naderhand gezien hoe een Iskander-raket een speeltuin had getroffen," vertelt Franky. "Negen kinderen dood. Veertien volwassenen. Dat soort raketten wijken niet af. Ze waren precies gericht op die speeltuin. Dat was geen vergissing, dat was opzet."
De frustratie is voelbaar in zijn stem. De mannen willen geen anonieme cijfers verspreiden, maar persoonlijke verhalen vertellen; over de moeder die haar zoon verloor door een drone-aanval, een vader die door angst zijn familie verplicht om terug te keren naar gevaarlijk gebied en de veilige shelter te verlaten. Of over gezinnen die pas na hun evacuatie beseffen dat het leven verderop nog wel redelijk normaal doorgaat.
"Er zijn mensen die dachten: overal in
Oekraïne is het levensgevaarlijk," zegt Franky. "Maar dan rijden ze met ons naar Dnipro en zien ze open winkels, tankstations, kinderen op straat. Dan pas beseffen ze dat de oorlog weliswaar overal voelbaar en heftig is, maar gelukkig niet overal even intensief. Toch blijven veel mensen uit angst, wantrouwen en onzekerheid in hun vertrouwde omgeving vaak juist de gevaarlijkste plekken."
Persoonlijke offers en de diepe impact van de aanslag in Kramatorsk
Het werk van Coen en Franky is zwaar, fysiek en mentaal. Niet alleen vanwege het constante gevaar, maar ook omdat ze natuurlijk zelf familie hebben in Nederland. Zo hebben beide heren familie thuiszitten die niet altijd even blij zijn dat ze weer daarheen vertrekken. Het is niet zonder risico en dat beseffen de familieleden, hopend op een goede afloop vanuit het veilige Nederland. Soms misschien meer dan Coen en Franky zelf. Toch twijfelen de mannen geen seconde aan hun missie, hoewel er zeker een aantal nare ervaringen zijn geweest die de mannen hebben doen twijfelen.
Franky en Coen bij een gebouw dat volledig kapot is
Op een gewone dag in Kramatorsk, te midden van de dagelijkse chaos, zitten Coen en Franky samen in een restaurant. Het is een van die kleine momenten van rust die zo zeldzaam zijn in een land dat gebukt gaat onder oorlog. Ze bestellen een maaltijd, en geven een fooi van 12,50 euro aan de jonge serveerster. Het voelt in eerste instantie een beetje geforceerd aan, denken ze, omdat ze geen kleiner geld hebben, maar het lijkt hen wel de moeite waard om haar te steunen. Ze heeft hen ten slotte vriendelijk bediend, en ze willen haar ook een moment van plezier geven, ondanks de sombere omstandigheden waarin zij werkt. "Zij verdient het, laten we het gewoon doen," zeggen ze tegen elkaar.
Wat ze zich op dat moment niet konden voorstellen, was dat die korte uitwisseling van vriendelijkheid, een glimlach, een bestelling, een bedankje binnen enkele minuten in schril contrast zou komen te staan met de brute realiteit van de oorlog. Ze zaten nog binnen, aan hun tafeltje, toen de Russische Iskander-raket insloeg. De klap was verwoestend. Dertien mensen kwamen om het leven, onder wie de jonge serveerster die hen nog maar net had geholpen. Zelf raakten ze lichtgewond. Het dak boven hun tafel bleef wonderwel op zijn plaats, een gruwelijke speling van het lot, die hen met wrange dankbaarheid achterliet. "Dat beeld zal ik nooit meer vergeten," zegt Coen, zijn stem vol emotie. "Die vrouw was nog zo vriendelijk tegen ons, en binnen een paar minuten was haar leven voorbij." Het besef dat ze zelf een klein moment van geluk hadden gegeven, terwijl alles om hen heen in chaos en geweld werd getrokken, laat een diepe indruk achter. De zinloze vernietiging van een onschuldig leven in naam van een oorlog... dat maakt het extra pijnlijk en onvergetelijk.
Coen die in shock is na de heftige aanslag in Kramatorsk
"Na de aanslag op het restaurant in Kramatorsk dachten we even: we stoppen, vooral Coen had de eerste anderhalf uur na de aanslag in zijn hoofd gelijk een streep getrokken door hun verdere hulp", herinnert Franky zich. "Maar binnen een uur of twee wisten we: nee, juist daarom moeten we doorgaan. Om te laten zien wat hier écht gebeurt."
Wat hen drijft is helder: gerechtigheid, medemenselijkheid, en de wil om te laten zien dat oorlog niet alleen wordt uitgevochten door soldaten, maar vooral wordt geleden door gewone mensen.
Het restaurant in Kramatorsk dat vlak na hun bezoek werd gebombardeerd
Geen winst, geen spijt
Alles wat ze doen, doen ze non-profit. Ze werken in Nederland ook nog in de frietkraam voor hun eigen brood, maar hun werk in Oekraïne is volledig gericht op hulpverlening. Elke cent voor hun Oekraïne-missies halen ze uit
donaties en giften. "Wat wij daar doen, kan gewoon niet zonder hulp van buitenaf," zegt Franky. "Technisch en financieel is het onmogelijk alleen." Spijt hebben ze nooit gehad. Angst wel, soms. Maar het verlangen om te helpen is altijd groter geweest. "Wij vertellen alleen wat we zelf hebben gezien," zegt Franky. "Geen propaganda, geen aannames. Alleen wat we met eigen ogen hebben meegemaakt."
En zolang er mensen zijn die hun hulp nodig hebben, zullen Coen en Franky blijven gaan. Met gevaar voor eigen leven, maar met een groter doel voor ogen; hoop brengen waar wanhoop regeert.
‘Patatje Oorlog’ geeft het leven van de heren vorm in een documentaire
Na maanden van intensieve betrokkenheid bij de humanitaire crisis in Oekraïne, met evacuaties onder vijandelijk vuur, voedseltransporten en het vastleggen van gruwelijke getuigenissen, is er nu ook een
documentaire van hun missie te bekijken. Vanaf nu is de documentaire Patatje Oorlog te
zien op KPN, Ziggo en Pathé Thuis, gemaakt door Pamela Sturhoofd en Jessica van Tijn. Deze film neemt de kijker mee in de realiteit van de oorlog, zoals Coen en Franky die ervaren. En ondanks dat beide mannen in Brabant wonen, konden ze voor deze ene keer wel leven met de titel ‘Patatje Oorlog’. Maar het moet geen gewoonte worden, want in Brabant is het gewoon friet.