Hoe een rechtszaak zorgde dat voetballers stinkend rijk werden

15 dec , 13:00Entertainment
Depositphotos_123746770_XL
Vandaag is het precies 30 jaar geleden dat het beroemde Bosman-arrest werd uitgesproken door het Europees Hof van Justitie. Een uitspraak met een bijna sprookjesachtige naam, maar met enorme gevolgen voor de wereld van het voetbal.

Een gevangen voetballer

Het begon allemaal met Jean-Marc Bosman, een Belgische middenvelder die in 1990 probeerde te vertrekken van RFC Luik naar het Franse Dunkerque. Toen zijn club een transfersom eiste, die de Franse club niet wilde betalen, bleek Bosman vast te zitten. Zelfs al nadat zijn contract was afgelopen, kwam hij niet weg. Gefrustreerd stapte hij naar de rechter. Na een juridische strijd van vijf jaar kwam op 15 december 1995 het arrest: spelers mochten voortaan vrij wisselen van club zodra hun contract afloopt, zonder dat de oude club een transfersom kreeg. Daarnaast mocht geen enkele Europese voetbalcompetitie spelersquota toepassen die discrimineerden op basis van Europese nationaliteit.
In simpele woorden: dit arrest stelde voetballers gelijk aan andere werknemers binnen de Europese Unie. Net als iemand in welk ander beroep dan ook, mocht een speler bij het einde van zijn contract zelf beslissen waar hij wilde werken. De oude regels, waarin clubs als het ware een speler “bezaten” zolang er geen transfersom werd betaald, waren voorbij.

Wat betekende dat voor het voetbal?

De impact was ongekend groot, en nog steeds voelbaar vandaag de dag, 30 jaar later. Als gevolg kregen spelers veel meer macht. Ze konden bij het aflopen van hun contract onderhandelen over hun nieuwe clubcontract en vaak grote salarissen en teken-bonussen bedingen. Het transferlandschap veranderde daardoor drastisch. “Bosman-transfers” werden normaal. Clubs gingen spelers eerder en langer vastleggen om te voorkomen dat ze hen gratis kwijtraakte. Het voetbal werd internationaler, want voorheen mochten Europese spelersquota de samenstelling van teams beperken. Die regels vielen grotendeels weg, waardoor topclubs spelers uit heel Europa konden aantrekken zonder limiet.
Maar niet alles was positief, want ongelijkheid nam toe in de voetballerij. De rijkste clubs profiteerden het meest: ze konden simpelweg de beste spelers aantrekken en hogere lonen betalen, wat de kloof tussen groot en klein verder vergrootte. Voor kleinere clubs had het nog meer nadelen. Ze zagen hun talenten steeds vaker vertrekken zonder hoge transfersommen, waardoor het moeilijker is om competitief te blijven.
🛥️ ☀️ ❤️
De flinke stijging in salarissen zorgen voor deze plaatjes

De paradox

Ironisch genoeg heeft Bosman zelf niet geprofiteerd van zijn eigen overwinning. Terwijl spelers miljoenen gingen verdienen, leefde hij later in armoede en worstelde hij met persoonlijke problemen. Hij werd geen rijk man van het arrest dat zijn naam draagt.
Toch is zijn nalatenschap onmiskenbaar: het Bosman-arrest markeert een keerpunt in de voetbalgeschiedenis, en heeft het moderne voetbal fundamenteel veranderd, van transferbeleid tot spelersrechten en de internationale markt waar we nu elk jaar van genieten.
Delen met

Loading