Niets is lekkerder dan bij een open bar lekker met je mond aan de tap gaan hangen. All inclusive vakanties zijn terug van nooit weggeweest, maar er wordt hardop getwijfeld of dit prachtige bourgondische fenomeen wel kan blijven voortbestaan. De Spanjaarden zijn er klaar mee, specifiek de eilandbewoners van Mallorca. Begrijpelijk, maar tegelijk doodzonde. Een toekomst waarin we voor ieder biertje en ieder bordje koude friet moeten betalen lonkt, een schrikbeeld durven we wel te zeggen.
Zonder dat we zelf willen afgeven op één groep, geven de bewoners van Mallorca aan klaar te zijn met de Britten. Mocht het doek vallen voor de fraaie vreetschuren zou het niet eens onze eigen schuld zijn. Jaarlijks reizen er zo’n 18 miljoen Britten af naar Spanje om daar eens even goed huis te houden. We kennen allemaal de viraaltjes over hoe dat eraan toegaat. Je zou zeggen dat je als inwoner van Mallorca ook de vruchten plukt van het toerisme op het eiland. Toch zijn de bewoners het daar niet mee eens, aan die all inclusive parken zeggen ze niets te hebben.
Eerlijk is eerlijk, we zouden zelf na een tijdje ook wel klaar zijn met een eindeloze stroom stomdronken toeristen voor onze deur. En als ze er dan toch zijn, hadden we er graag zelf een knaak aan verdiend.
Wat de bevolking graag wilt bewerkstelligen is dat de politiek voor eens en altijd een einde maakt aan de bodemloze resorts. Logischerwijs zou het ook geen slechte zet zijn voor het toerisme in Spanje zelf. Als de resorts verplicht zijn als B&B te fungeren worden die 18 miljoen Britten gedwongen hun geld uit te geven bij lokale restaurants en winkels in plaats van gratis het buffet van hun hotel leeg te roven. Daarnaast zou het er ook voor kunnen zorgen dat niet elke Brit op het eiland om half twee ’s middags niet meer aan te spreken is. Als we dat zouden kunnen uitstellen tot een uur of 7 ’s avonds zou dat de sfeer zeer ten goede komen.
Geen zorgen, voor nu is er nog niets aan de hand. Mocht zo’n reis een speciaal plekje in je hart hebben, maak dan toch een beetje haast. Wie weet ga je het ooit nog gruwelijk missen, die bodemloze pilsput.