Twee keer per jaar op 2 juli en 16 augustus verandert het Toscaanse stadje Siena in een bruisend spektakel vol traditie, rivaliteit, adrenaline en feest. Geen Formule 1, geen Champions League, dit is de Palio van Siena, een eeuwenoude paardenrace die zich afspeelt op het beroemde Piazza del Campo.
Wat is de Palio?
De Palio is een paardenrace die voor het eerst plaatsvond in 1287. Het is een race tussen de 17 wijken van
Siena, die allemaal hun eigen geschiedenis en trots hebben. Maar niet alle wijken mogen meedoen. Slechts 10 wijken mogen deelnemen aan de race. 7 van die 10 wijken zijn automatisch geplaatst, omdat ze niet meededen aan de vorige editie, en de overige 3 worden gekozen via een loting.
Het evenement
De race zelf vindt plaats op het Piazza del Campo, het beroemde schelpvormige plein in het centrum van Siena. Het parcours bestaat uit drie snelle rondjes. Klinkt makkelijk, maar deze race is allesbehalve simpel. De bochten zijn scherp, en het asfalt is bedekt met een laag speciaal zand, waardoor het extra lastig wordt voor zowel paard als ruiter. En ja, er is geen zadel, de ruiters rijden blootsvoets, wat de kans vergroot dat zowel paarden als ruiters in de bochten vallen. Maar dit hoort er allemaal bij.
Het belang van de Palio
De Palio is niet zomaar een wedstrijd, de inwoners van elke contrada (wijk) leven voor deze
race. Ze bereiden zich maanden van tevoren voor, en de spanning is te voelen in de stad. Tijdens de voorbereiding worden de ruiters, de fantini, zorgvuldig gekozen, vaak van buiten de stad. Deze professionele ruiters kunnen tot wel 200.000 euro verdienen voor een overwinning. Maar het is niet alleen het geld dat telt, het gaat om de eer van de wijk. En net zoals in een goede voetbalwedstrijd, leeft de rivaliteit ook tussen de wijken die niet deelnemen. Zij proberen op hun manier te zorgen dat hun rivalen verliezen.
Omkoping en taktiek
Tijdens de Palio van Siena draait alles om winnen, hoe dat gebeurt maakt niet uit. Corruptie is daarom normaal en zelfs toegestaan. Contrade (wijken) proberen elkaar om te kopen om zelf te winnen of om te zorgen dat een vijandige wijk verliest. Soms bieden ze enorme bedragen, zoals Torre in 2005, maar niet altijd wordt dat geaccepteerd. Fantini (de ruiters) mogen alleen omkopen in opdracht van hun capitano en worden streng bewaakt, dus veel deals worden pas vlak voor de race gesloten. Dan overleggen de ruiters snel met hun capitano over hun kansen en besluiten of ze anderen willen omkopen of zelf omgekocht willen worden. Alleen als de betalende wijk wint, wordt het geld echt uitgekeerd. Zelfs wijken die niet meedoen doen soms mee aan omkoping om hun vijanden te dwarsbomen.
De dag van de Palio
Op de dag zelf is Siena één groot feest. Het Piazza del Campo wordt gevuld met duizenden mensen, terwijl de wijken zich voorbereiden op de grote race. Vroeg in de ochtend komen de bewoners van elke wijk samen in hun hoofdkwartier, waar de paarden gezegend worden voordat ze de strijd aangaan. Vervolgens volgt de Corteo Storico, een kleurrijke parade van middeleeuwse kostuums, vaandelzwaaiers en paarden. Het is een indrukwekkende manier om de race in te luiden.
De race zelf is ook een spektakel. De ruiters starten met de paarden naast elkaar, maar soms zijn er valse starts. En eenmaal onderweg? Dan is alles toegestaan. Ruiters kunnen elkaar slaan met hun zweepjes, proberen elkaar uit de bocht te drukken of zelfs elkaar van hun paard te duwen. Het gaat er wreed aan toe, maar alles voor de winst.
De overwinning
En dan, als de race voorbij is, komt de grote overwinning. De winnende wijk viert feest als nooit tevoren. Het paard wordt omhelst, het vaandel (de Palio) wordt omhooggehouden en de wijk marcheert zingend naar huis. Het feest kan wel dagen duren, afhankelijk van hoeveel overwinningen de wijk heeft behaald.
De Palio van Siena is dus veel meer dan een paardenrace. Het is een strijd voor trots, een feest van geschiedenis, en een test van lef. Voor de inwoners van Siena is het niet alleen maar een sport, het is hun manier van leven.