Vrouwen delen minder vaak de lakens dan mannen, denken niet vaak aan seks en hebben geen behoefte aan onenightstands. Allemaal misverstanden, zo blijkt uit onderzoek. Wij wilden hier dan ook wel meer over weten en zijn erin gedoken. We vonden vijf verrassende inzichten over het libido van onze vrouwelijke metgezellen.
Calvin Coolidge, oud-president van de Verenigde Staten, bezocht bijna een eeuw geleden samen met zijn vrouw een staatsboerderij. Terwijl Coolidge ergens anders is, merkt zijn vrouw op dat de haan die bij de kippen staat seksueel erg actief is. Ze vraagt een medewerker hoe vaak de dieren paren. 'Tientallen keren per dag', is het antwoord. Waarop mevrouw Coolidge zegt: ''Vertel dat maar aan de president als hij straks langskomt.'' Als de opmerking van zijn vrouw hem ten oren komt, vraagt de president aan de medewerker: ‘Is het elke keer met dezelfde hen?’ ‘O nee, mijnheer de president. Het is elke keer een andere.’ Coolidge: ‘Vertel dat maar aan mevrouw Coolidge.’
Niet heel netjes, maar misschien wel de waarheid. Volgens evolutionair psychologen hebben wij meer behoefte aan verschillende partners en zijn wij vaker in voor onenightstands . Onthoud de naam van deze ex-president effe, want de anekdote is aanleiding voor een belangrijke term in de psychologie: 'het Coolidge-effect'.
Deze verschillen tussen mannen en vrouwen worden verklaard door de zogenaamde parental investment theory . Vrouwen investeren meer tijd en energie in het krijgen van een kind, terwijl wij als man ontelbaar veel kinderen kunnen verwekken. Hierdoor zouden mannen hun kansen spreiden en zoveel mogelijk vrouwen willen bezwangeren - vrouwen zijn seksueel meer kieskeurig en meer behouden. Volgens Daniel Bergner klopt dit echter niet. In zijn boek wat vrouwen willen analyseert hij het vrouwelijk libido. Hij gaat in gesprek met wetenschappers, therapeuten en durft zelfs op vrouwen zelf af te stappen. Wat we dachten te weten, wordt in het boek ontkracht. We kunnen hier ook zeker wat van leren.
Volgens het Coolidge-effect raken mannen sneller uitgekeken op hun sekspartner dan vrouwtjes, en hebben ze meer behoefte aan seksuele variatie. Dat is lastig in een lange relatie. Hoewel het effect bij veel dieren is gevonden, strookt het niet met het onderzoek van de Duitser Diederik Klusmann dat in het boek van Bergner is beschreven. Hij ontdekt namelijk dat het verlangen van vrouwen in een vaste relatie veel sneller afneemt dan dat van mannen. Zoals Klusmann verwachtte waren zowel vrouwen als mannen minder tevreden over hun seksleven naarmate de relatie vorderde. Zoals je misschien zelf ook weet hadden koppels die langer in een relatie waren ook minder vaak seks. Wat opviel in het onderzoek was dat alleen bij vrouwen de zin in seks afnam.
26 procent van de ondervraagde vrouwen die langer dan drie jaar met dezelfde man de liefde bedreef had ‘vaak’ seks met haar partner, terwijl dat aan het begin van de relatie nog 65 procent was. Bij de mannen bleef het percentage echter stabiel. Driekwart van de mannen heeft vaak seks, ongeacht de relatieduur. Vrouwen lijken dus seksueel minder goed te gedijen bij een lange relatie dan mannen. De reden is vrij simpel. In een interview met de BBC oppert Klusmann de evolutionair-psychologische verklaring dat mannen door vaak te vrijen proberen te voorkomen dat hun vrouw zwanger raakt van een ander. Ze willen niet investeren in een kind dat niet van hen is. Vrouwen gebruiken seks om de buit binnen te halen, daarna zou hun seksuele interesse afnemen. Ze zouden ook openstaan voor andere mannen, om te zorgen voor de best mogelijke genencombinaties voor het nageslacht. Iets wat wij als mannen dus juist niet willen.
De uitkomsten van een Canadees onderzoek zijn in tegenspraak met het idee dat vrouwen minder behoefte hebben aan seksuele variatie. In dit experiment werd gekeken hoe snel mensen verveeld raken als ze steeds dezelfde erotische beelden te zien krijgen. Hoe vaker proefpersonen dezelfde beelden bekeken, hoe minder opgewonden ze raakten. Dat gold zowel voor mannen als vrouwen. Mannen waren dus niet eerder seksueel verveeld, zoals het Coolidge-effect voorspelde. Bij zowel mannen als vrouwen nam de opwinding pas weer toe als er wat nieuws te zien was. Elke dag biefstuk eten is ook niet lekker zullen we dan maar zeggen.
Normaal gesproken heb je voor seks twee mensen nodig. Het kan dus niet zo zijn dat mannen veel vaker de lakens delen met een ander dan vrouwen. Hoe logisch het ook klinkt, de conservatieve gedachte is nog steeds dat vrouwen minder bedpartners hebben dan mannen. Onderzoek ontkracht dit en laat ons ook nieuwe inzichten zien. 'Hoeveel bedpartners heb je gehad?', vraagt Sunny Bergman in haar documentaire Sletvrees. De antwoorden van de vrouwen zijn zoals verwacht en die van de mannen idem dito. Waar het hart vol van is loopt de mond van over.
'Niet zo heel veel', zegt een meisje dat naast haar vriendje ligt. ‘Meer dan één, ik denk drie,’ antwoordt een ander. Eén vrouw houdt de oren van haar vriend dicht als ze over haar onenightstands begint. Bij de mannen gaat het er heel anders aan toe: ‘Meer dan dertig,’ zegt er een. Een ander pocht, terwijl zijn vrouw naast hem ligt: ‘Zo veel dat ik geen aantal weet.’ Weer een ander zegt heel nuchter: ‘Ik weet het niet, maar het is een getal van drie cijfers.’ Zoals je kan verwachten praten wij mannen er ook gewoon graag over. Mannen willen niet alleen meer bedpartners, ze hebben er ook (vaak) meer gehad. Weer een bewijs dat mannen een grotere interesse hebben in seks.
Een gedurfd experiment van de Amerikaanse onderzoekers Michele Alexander en Terri Fischer laat zien dat dit eerder sociaal wenselijke antwoorden zijn dan dat mannen écht meer bedpartners verslijten. De onderzoekers vroegen aan heteroseksuele studenten naar het aantal mensen met wie ze het bed hadden gedeeld. De studenten wisten echter niet dat ze waren opgedeeld in verschillende onderzoeksgroepen. In een van de groepen, werd om de kans op sociaal wenselijke antwoorden te vergroten, de suggestie gewekt dat het hoofd van het experiment (een medestudent) hun resultaten zou kunnen inzien. Vrouwen zeiden gemiddeld 2,6 sekspartners te hebben gehad en mannen kwamen (zoals verwacht) hoger uit op 3,7 bedpartners. Totaal anders waren de resultaten in de ‘leugendetectorgroep’, waarin de studenten werden wijsgemaakt dat ze vastzaten aan een leugendetector om zo eerlijk mogelijke antwoorden te krijgen. De onderzoekers lieten hen expres een vraag met een leugen beantwoorden. 'Is jouw naam Bart Simpson?' De studenten kregen hierna een neppe uitdraai van de machine waar ze aan vastgekoppeld zaten te zien. Bevestigd aan dit apparaat (voor de sier) draaiden de resultaten helemaal om: vrouwen hadden gemiddeld 4,4 bedpartners, mannen 4,0. Als vrouwen worden gedwongen eerlijk te zijn over hun seksuele verleden, verschillen mannen en vrouwen niet qua aantal bedpartners.
Stel je effe voor: een prachtige vrouw benadert jou met de vraag of je seks wil met diegene. Als je nee zegt, komt dat waarschijnlijk omdat je jouw hond nog niet hebt uitgelaten of je eigen prinsesje thuis op de bank zit. Vrouwen geven een ander antwoord als ze benaderd worden door een vreemdeling, ontdekten psychologen Elaine Hatfield en Russell Clark in de jaren tachtig. Geen van de vrouwen zei ja, terwijl zo’n 70 procent van de aangesproken mannen enthousiast op het aanbod inging. Wat een oversekste wezens zijn we soms ook hé. Andere onderzoekers kwamen later met dezelfde aanpak uit op dezelfde resultaten. De conclusie: mannen staan meer open voor seksuele uitstapjes dan vrouwen.
Onderzoeker Terri Conley van de universiteit van Michigan denkt dat er een verklaring is voor de afwijzende houding van de vrouwen. In haar experimenten ontdekte ze onder meer dat vrouwen situaties met een vreemde gemiddeld als onveiliger inschatten dan mannen. Dames denken ook dat seks met een onbekende man minder leuk is. Wat zou er gebeuren als de situatie veiliger werd, vroeg Conley zich af. Ze legde meerdere vrouwen een fictieve situatie voor.
Stel: je hebt voldoende geld om de winter door te brengen in Los Angeles, zo begon een van de scenario’s die Conley aan vrouwen voorlegde. Een week na aankomst, besluit je een bezoek te brengen aan een trendy café in Malibu met uitzicht op de oceaan. Terwijl je van jouw drankje geniet drankje, valt je oog op acteur Johnny Depp, die slechts een paar tafeltjes van je vandaan zit. Je kunt je ogen nauwelijks geloven. Hij vangt je blik. Hij komt naar je toe en vraagt: ‘Zou je vanavond met me naar bed willen?’
Het resultaat van dit onderzoek was verassend: vrouwen wilden net zo graag seks met Depp als mannen met actrice Margot Robbie (Wolf of Wall Street). Ook met een goede vriend van wie ze dachten dat hij goed was in bed, deelden vrouwen net zo graag de lakens als mannen met een dergelijke vriendin. Let dus even goed op de verhalen van jouw vrienden als je keihard voor een dame wil gaan. Volgens Conley heeft de uitkomst van de eerdere onderzoeken dus meer met het aanbod te maken dan met het idee dat vrouwen minder zouden houden van seks als lustbeleving. Wat volgens haar tot slot meespeelt voor vrouwen is de verwachting dat er negatief gereageerd wordt op hun seksuele uitspattingen. Conley's conclusie is: mannen houden meer van een avontuurtje dan vrouwen, maar wanneer vrouwen zich veilig voelen, er een seksueel competente man in het spel is en ze niet bang zijn dat ze worden afgerekend op hun escapades, valt dat verschil tussen mannen en vrouwen weg.
Wij mannen zijn vaak een stuk minder kieskeurig met wie we de lakens delen dan vrouwen. Uit speeddating-experimenten blijkt dat zij meer hokjes aankruisen dan vrouwen als ze hun interesse voor de dates kenbaar moeten maken. Totdat de twee Amerikaanse psychologen Eli Finkel en Paul Eastwick de hele situatie op zijn kop zetten. Bij het traditionele speeddaten zitten de vrouwen afwachtend aan de tafeltjes, terwijl de mannen rouleren. Puur om de praktische reden dat vrouwen vaak meer spullen met zich meeslepen. Wat zou er gebeuren als je de rollen omdraait en de vrouwen om de paar minuten laat plaatsnemen tegenover een nieuwe man, dachten Finkel en Eastwick.
Opvallend genoeg vallen dan de verschillen tussen mannen en vrouwen weg. Vrouwen kruisen zelfs gemiddeld iets meer hokjes aan dan mannen. Passief afwachtend is het dus makkelijker om kieskeurig te zijn. Omdat het voor mannen in het dagelijks leven veel meer geaccepteerd is de rol van veroveraar op zich te nemen en voor de vrouw om veroverd te worden, is de kieskeurigheid van vrouwen ook volgens onderzoeker Terri Conley, van 'het Johnny Depp-experiment', dan ook niet aangeboren, maar aangeleerd.
Elke zeven seconden denken mannen aan seks. Onderzoek haalde deze uitspraak keer op keer onderuit. De conclusie is dat mannen er vaker mee bezig zijn dan vrouwen, maar dit komt niet door de seksdrive van het wezen met het XY-gen.
De Amerikaanse onderzoeker Terri Fisher besloot uitgebreider onderzoek te doen naar dit verschijnsel. Zij liet mannen en vrouwen zeven dagen lang met een tellertje rondlopen. Elke keer als ze aan seks dachten moesten ze de teller indrukken. Op onze redactie zouden sommigen blijven drukken, geintje natuurlijk. Fisher beperkte haar onderzoek niet tot gedachten aan seks. Ze bracht ook in kaart hoe vaak haar proefpersonen dachten aan andere fysieke behoeften, namelijk aan slapen en eten. Net als in eerder onderzoek bleek ook uit Fishers experiment dat mannen vaker aan seks denken: gemiddeld 34 keer per dag, terwijl de teller bij vrouwen op negentien keer bleef steken.
Mannen denken niet alleen vaker aan seks, maar ook aan eten en slapen. Zo dachten mannen in haar onderzoek gemiddeld 29 keer per dag aan slapen en vrouwen slechts dertien keer per dag. Mannen denken sowieso meer aan hun eigen behoeften dan vrouwen, concludeerde Fisher. Waarschijnlijk, omdat van vrouwen vaker verwacht wordt dat ze aan de behoeften van anderen denken in plaats van aan die van henzelf.