Bedrijf achter ChatGPT verbuikt evenveel energie als New York en San Diego bij elkaar

De plannen zijn groots, OpenAI werkt samen met Nvidia aan datacenters met een potentieel verbruik van 10 gigawatt, plus extra projecten die dat naar schatting op zo’n 17 gigawatt kunnen brengen. Die aantallen kun je ongeveer vergelijken met de gecombineerde energiebehoefte van de twee grote Amerikaanse steden.

Dit laat zien dat AI niet alleen een theoretisch of een duf softwareverhaal is. Dit is infrastructuur, koeling, elektriciteitsnetten, belastingen op het milieu. Elke query, elke modeltraining, elke generatie GPT kost fysieke energie. Die hoeveelheden stapelen zich op. Het is een beeld dat té vaak vergeten wordt in het gesprek over AI, dat achter al die slimme antwoorden een stroomverslindend fundament schuilgaat.

Critici waarschuwen dat met AI werken op zo’n grote schaal absoluut niet duurzaam is met de huidige energiebronnen. Als OpenAI deze plannen waarmaakt, komt er druk op de netten, de CO₂-uitstoot, de waterkoeling en de lokale infrastructuur. Het is als een digitale stad die zich op softwareroutes bouwt, maar met dezelfde ecologische voetafdruk als echte steden.

OpenAI geeft toe dat de energievraag hoog is, en waarschijnlijk alleen maar hoger wordt. De organisatie zegt wel dat efficiëntie en schone energiebronnen cruciaal zijn. Sommige maatregelen die ze kunnen nemen zijn hardware optimalisatie, datacenters die draaien op hernieuwbare energie, en innovatie in koelsystemen moeten helpen om de voetafdruk te verlagen.

De volgende keer dat je een chatbot vraagt om een grap, bedenk dan vooral dat er ergens een serverfarm draait, die harder zucht dan jouw koelkast tijdens een hittegolf. De AI-revolutie is slimmer dan ooit, maar slurpt ook zoveel meer energie dan je denkt.