Online seksueel misbruik stijgt: zo erg is het echt achter je scherm

28 mei , 12:00 Entertainment
depositphotos 766455370 xl
Online seksueel misbruik is voor veel jongeren inmiddels dagelijkse realiteit. Wat ooit begon als een plek om vakantiefoto’s te delen en flirterige DM’s te sturen, is veranderd in een terrein vol grensoverschrijdend gedrag. Instagram, Snapchat en WhatsApp zijn allang niet meer alleen sociale apps; het zijn platforms waar seksuele intimidatie zich razendsnel verspreidt.
Uit recent onderzoek van Ipsos I&O, in opdracht van Fonds Slachtofferhulp, blijkt dat bijna de helft van alle Nederlandse jongeren tussen de 12 en 25 jaar hiermee te maken krijgt. Dat zijn geen kleine aantallen: tussen de 700.000 en 800.000 jongeren werden het afgelopen jaar slachtoffer van seksuele intimidatie of misbruik via hun smartphone. Denk aan ongevraagde dickpics, seksueel getinte verzoeken of chantage met intieme beelden.
Volgens Nathalie Gaal-Franse, beleidsadviseur bij Fonds Slachtofferhulp, is het tijd om het probleem te benoemen voor wat het is: een urgent maatschappelijk vraagstuk. “We kunnen dit niet langer als incidenten beschouwen. Online seksueel misbruik is de dagelijkse realiteit van duizenden jongeren,” zegt ze. En het blijft niet bij de online wereld: "We zien dat online seksueel misbruik kan samenhangen met fysiek seksueel misbruik.”

Schaduwkant van online

Het onderzoek brengt de volledige breedte van het probleem in kaart. Jongeren worden geconfronteerd met digitale vormen van misbruik die variëren van het ontvangen van ongewenste naaktbeelden tot het zogeheten ‘exposen’, waarbij iemand publiekelijk te kijk wordt gezet met expliciet beeldmateriaal. Er zijn ook gevallen van deepfakes, waarbij iemands gezicht wordt geplakt op pornografische video’s, en sextortion: afpersing met intieme beelden in ruil voor geld of meer foto’s. Wat ooit begon als een onschuldige selfie in de spiegel, kan zo ineens uitmonden in een digitale nachtmerrie.
Zes op de tien meisjes en bijna vier op de tien jongens hebben dit soort ervaringen gehad. En de impact is groot. Gaal-Franse: “We weten dat jongeren die zich gesteund voelen, sneller herstellen. Maar zolang schaamte en victimblaming de boventoon voeren, blijven veel jongeren stil.”

Bekenden als grootste bedreiging

Een opvallende conclusie uit het onderzoek: seksuele intimidatie komt vaak van onbekenden, maar echte misbruikzaken ontstaan juist vaak binnen de eigen kring. Bekenden zoals medescholieren of teamgenoten gebruiken beeldmateriaal om te dreigen, chanteren of verspreiden het onder klasgenoten. In Amsterdam werd begin dit jaar nog een grote zaak bekend waarbij honderden jongeren werden afgeperst via Snapchat. Dader: een 14-jarige jongen.

Onderwijs worstelt ook

De cijfers blijven stijgen, en dat is niet verrassend. Handhaving op sociale media is beperkt, terwijl het aantal meldingen alleen maar toeneemt. De hulplijn Helpwanted kreeg vorig jaar ruim 12.000 meldingen van online grensoverschrijdend gedrag. In 7400 gevallen ging het om sextortion of het ongewenst verspreiden van intieme beelden.
Ook scholen voelen de druk. 'Veel onderwijsinstellingen zitten met de handen in het haar vanwege het grote aantal incidenten', volgens Fonds Slachtofferhulp. De politie noemt het zelfs een 'epidemisch probleem'. In 2024 werden er bijna 15.000 seksuele delicten gemeld, 800 meer dan het jaar ervoor. Een toename die laat zien dat we niet langer kunnen volstaan met posters in de aula en een themales op vrijdagmiddag. Dit vraagt om serieuze actie.

Aangifte doen van online seksueel misbruik?

Ondanks de ernst van het probleem blijft actie vaak uit. Slechts 4 procent van de slachtoffers van online seksueel misbruik doet daadwerkelijk aangifte. En wat misschien nog zorgwekkender is: bijna 40 procent praat er met niemand over. Niet met vrienden, niet met ouders.... alleen anoniem. Schaamte, angst en het gevoel er alleen voor te staan, houden hen stil.
Juist daarom trekken organisaties als Fonds Slachtofferhulp, Offlimits en het Landelijk Centrum Seksueel Geweld nu aan de bel. Ze roepen op tot meer voorlichting, toegankelijke hulp en structurele aandacht voor online veiligheid in het onderwijs. Jongeren moeten de ruimte krijgen om te herstellen op de manier die ze nodig hebben. Daarvoor is openheid, bewustzijn en toegankelijke hulp nodig.

Patroon doorbreken

De boodschap is duidelijk: dit kun je niet meer wegwuiven of afdoen als ‘een online dingetje’. Jongeren beschermen tegen dit soort online misbruik is geen extraatje, maar keihard nodig. We leven in een tijd waarin een tiener met een telefoon net zo kwetsbaar is als iemand die ’s avonds alleen door een donker steegje loopt. En als we dat op straat niet accepteren, dan moeten we het online ook niet pikken. Punt.
Delen met
Ook interessant