Henk Schiffmacher is de bekendste tattoo-artiest die ons landje ooit heeft voortgebracht. Al doet ‘ie meer dan dat. Hij schrijft boeken, reist de wereld rond en heeft sinds kort zelfs een eigen sieradenlijn. Toch staan tatoeages in zijn leven centraal. Hij was er vroeg bij en heeft inmiddels de nodige faam binnen én buiten de tattoowereld. In de loop der jaren hebben dan ook talloze wereldsterren een inktcreatie van de tattoomeister op hun lichaam laten vereeuwigen. Denk aan de heren van Pearl Jam, de Wu-Tang Clan en de Red Hot Chili Peppers. Hoog tijd voor ons dus om eens een praatje te gaan maken met deze man vol verhalen.
Toen Henk nog Henkie was ontdekte hij al snel de magie van het potlood. Je zou zeggen dat dat de enige stap was voordat de Henk zijn artistieke denken ging vertalen met een tatoeëernaald, maar dat was niet het geval. “Er zit een stukje fotografie tussenin. Fotografie was eigenlijk mijn ongeduldige periode. Het heeft namelijk een bepaalde tijd nodig om een tekening te maken. Er is een bepaalde rust bij nodig. En bij fotografie heb je pats boem in 125ste van een seconde een stuk geregistreerd van iets”, vertelt Henk.
“Het leek me echt helemaal niks om daar een beetje in een notendop tussen ijsschotsen door te zitten scharrelen.”
“Ik heb het vak eigenlijk geleerd van een oude fotograaf, Cor Jaring.” Blijkbaar was Jaring een goede meester, want de fotokunsten van Schiffmacher leverden hem zelfs nieuwe kansen op. Kansen die ‘ie overigens niet altijd met beide handen aangreep. “Ze hebben me weleens gevraagd voor de Playboy om naar Antarctica te gaan, maar daar heb ik helemaal geen fuck te zoeken. Daar is alleen een zooitje pinguïns.”
Schiffmacher is dan ook liever onder de mensen. “Ik hou van dingen die door mensen gebouwd en door mensen gemaakt zijn. Ik hou van mensen, ik hou van verschillende culturen. En het idee om dan duizenden pinguïns op een strand te zien scharrelen leek me helemaal niks. En zeker niet als het betekent vijftien dagen op een zeilbootje van vijftien meter lang zitten met nog zeven of acht andere mensen.”
Toch ontwikkelde de 66-jarige Schiffmacher al gauw affectie voor de tatoeëerkunst. “Ik ben begonnen op een goed moment. In eind ’78 begint wat ze noemen de renaissance van de tatoeage”, legt Henk uit. “Als je begint in de eind zeventiger, begin tachtiger jaren, dan praat je over een groep van tatoeëerders die wereldwijd niet groter was dan 350 tot 400 man wereldwijd. Die hielpen elkaar allemaal met bijvoorbeeld kleurtjes en naalden omdat al dat spul niet zo beschikbaar was als het vandaag de dag beschikbaar is.” Henk woonde meerdere tatoeageconventies bij in de Verenigde Staten. Daar was de tattooscene al een stuk groter.
Henk heeft die tatoeageconventies vervolgens ook in Europa geïntroduceerd. “Daarna heeft het een enorme loop genomen. Eind negentiger jaren, begin 2000 was er een soort van piek, en daar is ook de decline begonnen. En die decline heb je ook nodig, het moet natuurlijk ook gewoon ergens weer naar beneden”, vertelt de iconische tatoeëerder. Zo’n piek kan er volgens Schiffmacher trouwens zo weer aankomen. “Ik heb het idee dat we nu aan de vooravond van een enorme explosie staan. Dat heeft te maken met wat er illegaal op dat gebied gebeurt. Men probeert vanuit gezondheidsdiensten enigszins grip op de situatie te krijgen, maar de enige grip die ze op de situatie hebben is dat ze de bestaande adressen lastig kunnen vallen, dus mensen die een shop hebben. Maar ze hebben geen grip op wat er illegaal gebeurt.”
“Mensen hebben machines thuis liggen die ze via het internet gekocht hebben. Voor honderd euro kun je al een soort setje kopen met inkt en van alles erbij. Nou, dat is dan hartstikke leuk. Maar dat ding blijft in het keukenlaatje liggen, en er is toch een keer een klein kind die dat eruit haalt, en in plaats van doktertje spelen zoals wij dat vroeger deden, gaat zo’n jongentje dan tatoeëerdertje spelen en die tatoeëert z’n vriendjes met alle gevolgen van dien. En dan mag je nog blij zijn als er niet een hepatitis C of weet ik veel wat achteraankomt omdat die naald nog steeds in dat ding zit. Dat is dan het ongunstigste geval, maar in ieder geval zit zo’n kind dan met een soort rare prul van allerlei inkt op z’n arm. Dat soort dingen krijg je.”
“Men heeft geen enkele invloed op wat er verkocht wordt en aan wie wat verkocht wordt, maar men gaat wel zeuren bij degene die iets verkoopt. De GGD verleent een vergunning aan iemand die kan aantonen dat ‘ie een machinetje en misschien een sterilisatortje heeft, waardoor ze zeggen ‘nou, die man kan schoon werken, dus dan geven we daar een vergunning aan’. Je geeft dus eigenlijk een APK af, maar laat iemand vervolgens zonder rijbewijs in die APK gekeurde auto rondrijden“, legt de old school tatoeëerder uit.
“Er worden op dit moment massa’s met mensen getatoeëerd die wat mij betreft niet eens getatoeëerd zouden moeten worden.”
En volgens Henk zijn er veel jonge tatoeëerders die in zo’n APK-loze auto rijden. “Je hebt een hele kleine groep van oldtimers, waar ik ook toe behoor, dan heb je de groep die daar net aankomt, dus de groep die zo’n 25 a 30 jaar tatoeëert. Dat zijn dan ook wel gedegen mensen, die hebben vaak al een hele tijd hun shopje. Maar dan heb je een hele ploeg die er helemaal geen ene kut van bakt. Dus voor die gevestigde adressen blijft er nog wel wat werk, maar veelal het opknappen van allerlei rotzooi van allerlei andere mensen. Je hebt mensen die nu zonder outline, of alleen met kleur portretten maken. En als je op Instagram kijkt ziet dat er geweldig uit omdat dat helemaal gefotoshopt is, maar twee jaar later sodemietert die hele tatoeage eruit.”
Toch zijn het niet alleen de mensen die de tatoeages zetten die veranderd zijn. Het zijn volgens Schiffmacher tegenwoordig ook andere mensen die tatoeages laten zetten. “Er worden op dit moment massa’s met mensen getatoeëerd die wat mij betreft niet eens getatoeëerd zouden moeten worden”, vertelt Henk. “Mensen die gewoon niet weten wat ze willen en niet weten wat ze ermee moeten, en denken dat ze een soort van accessoires aanschaffen.”
Is een tatoeage dan geen accessoire? “Het is natuurlijk wel een vorm van accessoire, maar het is niet als zodanig bedoeld. Het is altijd een soort amechtige poging geweest van mensen om te communiceren met mensen waar ze normaal nooit mee communiceren. Iets laten zien van jezelf. En er is op dit moment een soort van communicatieve verwarring. Mensen zetten troep op zichzelf waarvan ze helemaal het eind niet in zicht hebben en ook niet begrijpen wat ze erop zetten. Er komen dan weer mensen met plaatjes van Pinterest. Ze willen allemaal hetzelfde. En als je ze uitlegt dat iedereen dat al heeft dan vinden ze dat nog steeds de moeite waard. Er zijn al honderden mensen die met een soort uurwerk of een kompasje en een paar rozen rondlopen. Of bijvoorbeeld het infinity-teken, kleine veertjes en vogeltjes. Allemaal totaal onzinnige tatoeages waar je toch wel mee te maken krijgt en die je niet eens kan weigeren want dan zegt iemand ‘ik wilde altijd zo graag door u getatoeëerd worden’, en die stapt dan helemaal in de trein vanaf Groningen en die heeft een infinity-teken bij zich. Uiteindelijk doe je dat dan maar, maar eigenlijk is daar geen eer meer aan te behalen. Het is een heel groot common goed geworden.”
“Dan zie ik: ‘Isa Hoes heeft een betekenistatoeage laten zetten’ en denk ik: get the fuck out of here.”
Moeten tatoeages volgens de Schiffmeister dan een betekenis hebben? “Nee, maar deze mensen vinden wel dat hun tatoeage een betekenis heeft. Dan zie je ’s avonds op RTL Boulevard: ‘Isa Hoes heeft een betekenistatoeage laten zetten’. Get the fuck out of here. Een betekenistatoeage? Hebben wij dan al die rotzooi op ons lichaam zonder dat we er iets mee bedoelen?”, vraagt Henk zich lachend af. “Dat is dus totale onzin. Als het aan een ziektegeval of een sterfgeval verbonden is, dan heet het ineens een betekenistatoeage. Mensen die van huis uit getatoeëerd zijn zaten altijd vol met dingen die verwezen naar allerlei vormen van sentiment. Of het nu om een dode hond ging of om een dode vader, het lichaam is daar altijd voor gebruikt. Maar er is zo’n enorm verschil tussen hoe er toen getatoeëerd werd en hoe er nu getatoeëerd wordt.
“Zo’n dameskapper zit dan met een soort van EpiLady geluidloos en pijnloos een pak bullshit op iemands arm te tatoeëren.”
Schiffmacher merkt ook dat er naast de tatoeëerders en de klanten nog iets veranderd is: de overheid. “Ik vind het vooral kwalijk dat de wetgever die zich er heel erg mee bemoeid heeft, en met z’n regelgeving het geheim van de smid heeft ontrafeld de laatste jaren”, legt Henk uit. “Dat is in eerste instantie gebeurd vanuit het gegeven dat je geen ziektes overbrengt, maar dat begint nu al te zeuren over een beetje stof. Zij ontkleden het gebeuren en halen het avontuur ervan af. Waar je vroeger nog in een klein keldertje stapte waar een vent met één been en een paar gouden tanden zat als een halve piraat die de alle wereldzeeën al bevaren had, heb je nu met een dameskapper te maken die zelf niet eens getatoeëerd is omdat ‘ie het toch minder leuk vindt. Iemand die zegt ‘voor mij is het te radicaal’. Die zit dan met een soort van EpiLady geluidloos en pijnloos een pak bullshit op iemands arm te tatoeëren.”
“Na zo’n tattoo krijg je er een stuk folie overheen. Dat is ook zoiets. Zo’n tattoo heeft zuurstof nodig. Denk je dat een zeeman vroeger twee dagen lang met een verbandje er omheen liep? Het is een verschil met nu. Dat is nog de tijd dat de schepen van hout waren en de kerels van staal, en we zitten nu met een stalen schip en een houten kerel. Het is een andere wereld en je maakt het in die shop ook mee. Soms zeg ik weleens ‘Mevrouw of meneer, niet doen. U bent helemaal niet het geschikte type voor een tatoeage.’ Vervolgens zijn ze helemaal verontwaardigd en doen ze het toch.”
Al zijn er natuurlijk ook tatoeages die Henk gewoon weigert te zetten. “Het is verstandig om je te onthouden van haatdragende dingen. Je wil ook gewoon prettige mensen in je stoel en niet een of andere kaalkop die alleen maar Ku Klux Klan-achtige rotzooi of zo wil hebben”, zegt de tatoeagekoning. Gelukkig heeft Henk maar weinig van dit soort mensen in z’n stoel. Al heeft ‘ie wel andere mensen met gewaagde ideeën in z’n stoel gehad.
“Ik heb die luier later thuis ingelijst en André Hazes heeft hem natijd nog gesigneerd.”
“Ik kan me nog herinneren dan André Hazes zich op een goed moment meldde en graag getatoeëerd wilde worden. Die had weer eens een aardig stukje puin van z’n leven gemaakt tijdens z’n relatie met Rachel. Hij had bedacht dat ‘ie een portret van haar wilde hebben, en bracht een foto mee die eigenlijk helemaal niet zo makkelijk was. Maar goed, André wilde daar graag iets van hebben en ik moest daar een portret van maken. Als ik daar nu over nadenk leek het hele ding eigenlijk nauwelijks nog op Rachel, maar wel op die foto. Dus de truc die je dan daarvoor hanteert is dat je in zo’n geval de naam eronder zet, zodat mensen degene toch in een keer herkennen. Als jij een aardappel tatoeëert en je zet er ‘Elvis’ onder, dan denken mensen ‘wauw, het is Elvis’. Dus ik had er ‘Rachel’ onder gezet. Maar André’s alcoholgebruik was van zo’n mate dat z’n bloed behoorlijk dun was, dus ik heb hem toen helemaal verpakt door er een luier omheen te doen. Een uur later zaten we in het café met een biertje en wat worstjes. Toen heb ik op de wc die luier eraf gehaald, en toen zag ik dat die luier vanbinnen helemaal met bloed, inkt en vaseline een soort van Lijkwade van Turijn was geworden. Dus ik heb die luier later thuis ingelijst en André heeft hem natijd nog gesigneerd. Ik heb een soort van reliek van Hazes op die manier”, vertelt Henk terwijl ‘ie terugdenkt aan de andere beroemdheden die ‘ie in z’n shop heeft gehad.
“Lenny Kravitz is weleens met een schop onder z’n kont de shop uitgegooid.”
“Het waren allemaal hele grote figuren die ik tatoeëerde. Sommigen die ook wel te lastig waren. Jamiroquai waar ik helemaal geen zin in had. Of Lenny Kravitz die weleens met een schop onder z’n kont de shop uitgegooid is door iemand die bij me werkte. Soms waren ze ook gewoon lastig.”, zegt Henk met een grote glimlach op z’n gezicht. Gelukkig kon Henk met het grootste gedeelte van de wereldsterren wél door een deur. “Ik heb er ook een aantal keer op gestaan dat ze een nummer aan me zouden opdragen. Dat er dan tijdens een live concert 60.000 man voor je staan en allemaal Hanky Panky beginnen te roepen. Pearl Jam heeft dat zelfs weleens gedaan. Maar omdat ik niet van de Ziggo Dome hou, ben ik eerder naar huis gegaan en toen miste ik m’n eigen shout-out.”
Al die artiesten waren Henk natuurlijk ontzettend dankbaar voor het stukje kunst dat ‘ie op hun lichamen heeft vereeuwigd. Ze hebben allemaal bij Schiffmacher in de stoel gezeten. “In het gunstigste geval sodemieterden we die deur dicht en bleven we met z’n allen in die shop zitten. Er is bijvoorbeeld door de Wu-Tang Clan weleens een video opgenomen in de shop. Op zo’n moment blijft er een feestje de hele avond in die tent.”
Tijdens dat soort feestjes werd er ook regelmatig drugs tevoorschijn getoverd. Toch waren het niet die wilde bands uit de Verenigde Staten die daarbij het startschot gaven. “Ik was de instigator in die tijd. De Red Hot Chili Peppers waren bijvoorbeeld allemaal niet zo van de drank en drugs toen. Daar konden ze niet tegen. Maar met The Smashing Pumpkins en dat soort gasten zijn er hele sessies geweest.”
“Ik heb heel Paleis Soestdijk opgesnoven.”
Spijt daarvan heeft Henk niet. “Spijt is wat de koe schijt. Ik ben geen spijtmens. Jongen, ik heb heel Paleis Soestdijk opgesnoven”, vertelt Henk brullend van het lachen. “Er is echt wel wat doorheen gegaan. Er zit een gat in het tussenschot van m’n neus waar je een fiets doorheen kan rijden. Maar op een gegeven moment begint je gezondheid te protesteren en dan moet je je afvragen of je hier wel mee verder kunt. Dan moet je je koers aanpassen. Dus dan stop je met die troep. Maar ik heb wel erg veel in m’n leven aan drank, drugs en seks gedaan. Het is geweldig. Ik doe het zo nog een keer als het moet.”
“Er komt dit jaar een groot dik boek uit bij Taschen.”
Toch focust Henk zich ook steeds meer op andere zaken. “Dus ik heb ook nooit alleen getatoeëerd, ik heb ook dingen ontworpen en me met van alles en nog wat bemoeid. En ik heb het ook altijd leuk gevonden om een jack of many trades te zijn. Ik heb nu een soort juwelenlijn met m’n vrouw samen gemaakt. Ik heb een voetbal gemaakt, een fles wodka, een fiets, dus dat vind ik ook altijd heel leuk.” Wel heeft het bijna altijd wel iets met tatoeages te maken. “Er zijn bijvoorbeeld ook een heleboel boeken, publicaties en documentaires gemaakt. Er komt dit jaar een groot dik boek uit bij Taschen. Dat boek komt in het najaar uit. Met m’n hele verzameling. In Beverly Hills gaan we daar een heel feest van maken. We presenteren het in Hollywood in plaats van in Amsterdam om maar eens een keer iets anders te proberen.”
Ook maakt Hanky Panky tegenwoordig meer tijd vrij voor een andere grote passie van hem: reizen. “Ik zou héél graag naar de Paaseiland willen. Daar ben ik nooit geweest. En Nuku Hiva, dat is een deel van de Marquesaseilanden. Ik heb stukjes Pacific gezien. Ik heb daar veel vrienden die tatoeëren die graag willen dat ik een keer langskom. Dus dat zou ik nog wel een keer willen doen.”
Henk Schiffmacher is een man met veel levenservaring. Als afsluiter vroegen we de tatoeagelegende nog naar een levensadvies dat ‘ie iedereen mee zou willen geven. “Dat is denk ik een heel simpel advies. Ik denk namelijk dat je heel veel plezier kan halen uit je mededogen. Dat wat je voor een ander af en toe kan doen. Of je nu in de mantelzorg zit of dat je iets doet voor een goed doel, daar zit een heleboel voldoening in. Ik probeer af en toe iets goeds te doen, bijvoorbeeld voor Orange Babies . De laatste 25 jaar heb ik daar allerlei kleine en grotere dingetjes voor gedaan. Ik dacht altijd dat we iets van 2000 baby’s gered hadden, maar we hebben wel een half miljoen kinderen gered in dat hele bestaan. Het is ontzettende kippenvelgedachte dat je daarbij betrokken bent geweest. Je kunt altijd ergens een eurootje aan kwijt. Er is een heleboel ontzettend groot onrecht in deze wereld en daar kun je best iets aan doen. Druppels op gloeiende platen zijn nog altijd druppels op gloeiende platen, en een gestage drup doet de steen hollen.”