Als je denkt aan de Nederlandse cultuur, is het misschien niet het allereerste waar je aan denkt. Maar toch is de kapsalon een essentieel onderdeel van onze cultuur. En nee, niet die waar je je permanentje met opgeschoren zijkantjes haalt. Die dikke bak met vlees, friet en kaas die je om half vier ’s nachts stomdronken naar binnen harkt. Die kapsalon. Droevig nieuws: de bedenker ervan is gisteren overleden.
Een reden waarom we het misschien niet zo snel bij de Nederlandse cultuur bedenken is omdat we het met zijn allen Turks noemen. En ja, kebab heeft zijn roots dan misschien in Turkije, kapsalon is toch echt hartstikke Nederlands. En helemaal niet zo oud als sommige jonkies misschien denken. Waarschijnlijk ben jij zelf gewoon ouder dan de magische aluminium bak vol vettig lekkers.
Het gerecht stamt namelijk uit 2003. Toen was het alleen nog maar het lievelingetje van de Rotterdamse Nataniël ‘Tati’ Gomes. Hij bestelde altijd een bak met friet, döner, kaas, sla, tomaat, knoflooksaus en sambal. Destijds een beetje een gekke combi. Tati had even verderop een kapperszaak en daarom werd de eigenaardige bestelling al snel kapsalon genoemd. Weten we meteen waar die gekke naam vandaan komt.
Inmiddels is het gerecht wereldberoemd en daarmee Tati ook. Journalisten kwamen uit alle uithoeken van de wereld om hem te interviewen. Van China tot New York. Ondertussen bleef hij zelf nuchter als altijd. Dit weekend overleed hij op 47-jarige leeftijd. Het is niet duidelijk waarom. Op social media laten verschillende bekenden van hem mooie berichtjes achter.