Q&A met rapper Adje: “Ik ben de grootste van de underground”

Als je in de club staat en je hoort zijn zware stem tussen de gierende basslines, kan je je shirt alvast uitdoen. Al jarenlang balanceert deze veelzijdige hiphopartiest tussen het consistent uitbrengen van straatrap en het regelmatig scoren van smerige clubhits. We hebben het over Julmar Simons, beter bekend als Adje. Hoewel de 38-jarige al zijn eerste mixtape in 2008 dropte, heeft hij het gevoel nog niks gezegd te hebben. FHM dook met Adje in de studio en sprak met de vader van de huidige hiphopwereld over zijn pad naar succes, de samenwerking met Jason Derulo en freestylen op OnlyFans.

Adje! Vandaag zijn we bij jou op kantoor. Is dit waar jij de meeste tijd doorbrengt?
Zeker. De laatste weken zit ik alleen maar in de studio. Daarnaast ben ik twee á drie dagen per week in de gym te vinden en heb ik elke week een vaste papadag. Normaal gesproken deed ik in het weekend wat shows, maar verder is mijn leven door corona weinig veranderd. Ik was daarvoor ook altijd in de studio.

Mensen kennen jou van megahits als ‘Ik Ga Hard’, ‘Hele Meneer’ en ‘Coño’. Laatstgenoemde werd zelfs geremixt door niemand minder dan Jason Derulo. Een samenwerking met zo’n grote internationale artiest, hoe de fuck krijg je dat voor elkaar?
Dat was heel gek. Ik zat een avond met Puri (Producer van Coño, red.) in de studio, ongeveer drie jaar nadat Coño was uitgekomen. We waren weer een nacht aan het doorhalen. Ik zei nog tegen hem: “Bro, zijn we nu alweer weer bezig?” Hij antwoordde: “Ja man, maar misschien is het weer een pokoe die ons een millie oplevert.” Tien minuten later kreeg hij een DM van Jason Derulo: “Send me the instrumentals, I wanna do a remix.” De rest is geschiedenis.

Het nummer staat nu op 200 miljoen streams. Had je verwacht dat het een monsterhit zou worden?
Ik wist dat de clubs er wel lekker op zouden gaan, maar dat het zo zou opblazen. No way.

Foto: Ashwin Somer

Toch is de artiest Adje veel meer dan alleen een hitjesmachine voor in de clubs. Je bent al meer dan twintig jaar actief in de hiphopscène. Hoe is die affiniteit met rap begonnen?
Vanaf mijn tweede ben ik al geobsedeerd door muziek. Bepaalde nummers konden me laten stoppen met huilen. Dat gevoel van jezelf willen uiten via muziek of dans zat er al vroeg in. Toen ik vijf was raakte ik in de ban van het Bad album van Michael Jackson. Die trad ik dan op voor familiefeestjes. Stond ik daar voor twintig man te zingen. Mijn eerste echte aanraking met hiphop is Vanilla Ice geweest. Iemand die ik eigenlijk niet hoor te luisteren. Een whiteboy uit Californië met een dikke Johnny Bravo kuif, helemaat fout. Via zijn nummer ‘Ice Ice Baby’ kwam ik via via terecht bij West Coast hiphop, zoals bijvoorbeeld ‘Nothing but a G thing’. Dat in combinatie met de sound die overwaaide uit  Jamaica was iets waar ik destijds helemaal gek van was.

“Ik kan me goed voorstellen dat rappers van mijn generatie dachten  van: “Adje, what the fuck ben je aan het doen?!””

Vanaf welk nummer raakte jouw carrière in een stroomversnelling?
‘Ik Ga Hard’ met The Partysquad was mijn eerste echte hit, ‘Fock Wachten’ een echte underground smasher. Ik denk dat die twee tracks ervoor gezorgd hebben dat er anders naar mij werd gekeken. Daarvoor was ik een rapper van de straat die beladen muziek maakte.

‘Fock Wachten’ en ‘Ik Ga Hard’ zijn alweer elf jaar geleden uitgekomen. Waar haal je nog de motivatie vandaan om nog steeds die studio in te duiken?
Grappig dat je dat zegt. Voor de mensen van buitenaf is het elf jaar, maar voor mij voelt het als twee. Ik heb het gevoel dat ik nog niks heb gezegd.

Wat wil je na al die jaren nog zeggen?
Ik hoef niet perse iets van mijn chest, maar ik denk dat veel mensen in deze tijd mijn perspectief kunnen waarderen. De jongere mensen in de muziekindustrie hebben een heel ander leven, met hun eigen boodschap. Zij vertellen hun verhaal, maar wat gebeurt er met het verhaal van de mensen die met mij zijn opgegroeid? Die verdienen ook goede muziek!

Hoe kijk jij tegenover de huidige hiphopscène in Nederland aan?
Ik vind het hard. Hiphop blijft groeien. Ik zou heel dom zijn als ik er niet in meega. Ik heb mijn carrière te danken aan het feit dat ik zelf ben gegroeid. Doordat ik op een housebeat van Reverse ging rappen. Die keuzes hebben uiteindelijk gezorgd voor het ontstaan van een ‘Hele Meneer’. Een van de eerste platen die echt in alle clubs van Nederland is gedraaid. Dat was toen ook een nieuw genre. Ik kan me goed voorstellen dat rappers van die generatie dachten van: “Adje, what the fuck ben je aan het doen?!”

Vind je het niet jammer dat je moet gaan rappen op een housebeat om opgepikt te worden door het ‘grote publiek’?
Tot op de dag van vandaag word ik nog steeds niet gewaardeerd door het ‘grote publiek’. Ik denk dat dat een blessing en een curse tegelijk is. De blessing is dat ik al elf jaar actief ben zonder dat mensen me uitkotsen. Ik ben nog nooit te groot geweest, zoals sommige artiesten dat kunnen worden. Dan is het niet meer spannend. Ik ben de grootste van de underground.

Foto: Ashwin Somer

Je laatste soloalbum dateert uit 2017. Waarom is het qua albums zo lang stil rond Adje?
Ik wist lange tijd niet wat ik wilde doen. Het is moeilijk als je eind 2018 een hit scoort als ‘Coño’. Vanaf dat moment is alle interesse in jou gebaseerd op dat nummer. Producers waar ik daarna mee samenwerkte, wilden alleen maar clubhits scoren. Dat was ik niet. ‘Coño’ was een grapje! Daar moest ik doorheen zien te komen, zonder in herhaling te vallen. Ik denk dat al mijn vier albums (Vossig, Streetknowledge, Alles Groot en BASE, red.) in geen enkele manier op elkaar lijken.

Ook ben je veel bezig met de jongere generatie. Zo geef je rapworkshops in IJburg en spring je geregeld op een track van een nieuwe artiest. Ben je niet bang dat al die inspanning voor de jeugd ten koste gaat van je eigen carrière?
Waarschijnlijk is het al een paar keer ten koste van m’n eigen carrière gegaan, haha! It’s just who I am. Ik denk dat dit gewoon de bedoeling is. Mijn kennis heb ik gekregen om te delen. Ik weet gewoon dat als straks een soort geschiedenisboek over de hiphop in Amsterdam wordt geschreven, ik in heel veel episodes sta.

Zeg maar gerust een van de hoofdrollen. Hadden jouw ouders moeite met je carrière als artiest?
Nee, want het is bij mij best wel laat serieus geworden. Ik heb verschillende baantjes gehad. Ik ben kapper geweest, heb vliegtuigen schoongemaakt, bij de postbank gewerkt en verzekeringen verkocht. Door al die baantjes wist ik dat een 9 tot 5 leven mij niet gelukkig maakte. Toen ben ik de straat op gegaan. Ik dacht heel lang dat dat mijn roeping was.

Wat veranderde die gedachte?
De eerste keer vastzitten. Daarna heb ik ook dingen meegemaakt waar ik nog steeds niet goed van slaap. Dat je beste vrienden waarmee je dingen doet verdwijnen. Er werden destijds 17 man opgepakt.  De een gaat 2 jaar de gevangenis in, de ander 3 jaar. Toen ik op verhoor moest komen dacht ik: shit man, dit is het niet meer waard. Op datzelfde moment was Puur van Hef uitgebracht.

En daar was de opening naar een ander leven.
Ik verdien nu meer dan ik toen op de straat verdiende. Voor mij is er geen weg terug. Ik leef in een beter huis, ga op vakantie wanneer ik wil. Ik ben niet rijk, maar het is boven de verwachting die ik had. Als je het leven als monopoly ziet, hoef ik nooit meer bij start te staan.

“Ik heb vaak genoeg dingen gerapt waar ik niet trots op ben, maar wel zeg.”

Wat is je favoriete auto?
Mijn favoriete auto’s komen uit films. Die Porsche 928 uit Scarface bijvoorbeeld. Of de Mercedes XS 500 die ik rijd in Hele Meneer. Ik denk dat alle auto’s die ik hard vind heb gezien in de tijd dat ik het meest beïnvloedbaar was. Tussen m’n negende en m’n zestiende. Van ‘niet neuken’ naar ‘we neuken nu’. Ik denk dat ik in die fase verliefd ben geworden op alles wat ik nu voel. Toen heb ik mijn stijl gevormd.

Je staat natuurlijk ook bekend als fanatiek blower. Hoe kijk jij naar die verslaving?
Het zou waarschijnlijk wel een probleem zijn, maar ik vind het geen probleem. Ik denk niet dat het gezond is, en dat ik er zoveel behoefte aan heb is ook niet zonder reden. Maar ik kan mezelf wel uiten.

Op welke manier?
Muziek is mijn dagboek en spreekbuis. Ik denk dat ik best wel eerlijk ben in mijn raps. Dan heb ik het niet over de clubhitjes. Ik heb vaak genoeg dingen gerapt waar ik niet trots op ben, maar wel zeg.

En dat komt omdat je onder invloed bent van hasj?
Nee, ik denk dat het een combinatie is van de gemoedstoestand en de hele setting. Mijn hoofd is als een boekenkast, vol met informatie. Als ik niet rook, liggen die boeken gewoon overal op de grond. Op het moment dat ik rook is het alsof ik rechtstreeks naar de juiste bladzijde toe ga. Dan ben ik daar.

Bij FHM maken we elk jaar een lijst met de 500 mooiste vrouwen van Nederland. Bij jou staat je vrouw natuurlijk op 1, maar wie verovert plek numero 2?
Als youngboy vond ik Tatjana Simic gewoon de finest of the finest. Daarnaast vind ik Katja Schuurman ook heel knap. Allemaal uit die tijdsperiode. Ik ga niet over twintigers zeggen dat ik ze knap vind. Die zie ik niet. Ik weet niet eens dat ze bestaan. Al die chicks die tegenwoordig lit zijn, zijn niet eens lit op televisie. Die hebben hun eigen weg gevonden op Instagram, OnlyFans en YouTube.

Hoe kijk jij naar chicks die bekend worden op OnlyFans?
Dat respecteer ik. Het is niet eens dat het een seksplatform is, mensen hebben er een seksplatform van gemaakt. Het is gewoon voor fans. Als jij computerspelletjes speelt op YouTube, kan jij bij wijze van spreken op OnlyFans hetzelfde doen en er geld voor vragen.

Dus wanneer komt er een wekelijkse freestyle van Adje op OnlyFans?
Daar zeg je me wel iets!

Foto: Ashwin Somer
Reageer op artikel:
Q&A met rapper Adje: “Ik ben de grootste van de underground”
Sluiten