Je hebt ze vast weleens in de super of bij de drogist zien liggen. Je hebt ze in poedertjes (niet opsnuiven), pilletjes, drankjes, capsules en druppels. Het is de bedoeling dat het een aanvulling is op de dagelijkse voeding. Maar wat doen ze nou eigenlijk? Voor mensen die niet zo gevarieerd
eten, zoals studenten zijn voedingssupplementen Neerlands hoop in bange dagen. Het kan sowieso nooit kwaad om ze te nemen. De
supplementen bevatten allerlei handige dingetjes. Denk hier aan vitamines, mineralen of bioactieve stoffen. De vitamines worden op een synthetische manier in de fabriek gemaakt. Dat klinkt een beetje eng, maar het heeft eigenlijk dezelfde werking als de natuurlijke vitamines, bioactieve stoffen en mineralen die in
het eten en drinken zitten. Handig. Het lichaam neemt trouwens de vitamines uit de supplementen wel een stuk sneller op
dan de vitamines in het eten. De opname van vitamine B 11 uit eten is bijvoorbeeld 30 tot 50% lager dan de opname vanuit de pillen.
De meeste pillen kun je gewoon slikken tijdens de maaltijd, het is maar net welke vitamine jouw voorkeur heeft. Misschien lijkt vitamine B 12 je wel chill. Vooral vegetariërs missen deze vitamine omdat het in dierlijke producten zit. Zo krijg je het toch nog binnen.
Voor speciale groepen zijn voedingssupplementen wel echt belangrijk. Wanneer je zwanger bent is het handig om foliumzuur en vitamine D te slikken, voor kiddo’s is vitamine D belangrijk net als voor de ouderen.
Kijk eens op de website van
Holland & Barrett als je meer wilt weten voer voedingssupplementen .