De 10 grootste ergernissen van een voetbalweekend

Van te kleine kleedkamers tot lauw bier wij hebben de grootste frustraties voor je op een rijtje gezet. Benieuwd of jij je hierin herkent.

We trappen af met een klassieker: te kleine kleedkamers. Iedereen kent het wel. Omdraaien is geen optie, je zit letterlijk in elkaars gat, en net op dat moment besluit de trainer een tactische bespreking te houden alsof je straks een Champions League-finale speelt. Hopelijk heb jij dit weekend wel een fatsoenlijke kleedkamer.

En nee, we hebben het niet over je eigen klokkenspel. De ene keer is de bal zo hard als beton, de andere keer voelt ie alsof je een waterballon aan het trappen bent. In de winter is het feest compleet als je een keiharde bal vol tegen je bovenbeen krijgt. Pure ellende.

Misschien wel de ergste van allemaal: lauw bier. Na negentig minuten voetballen wil je maar één ding, een ijskoud pilsje. Maar nee, sommige kantines snappen het gewoon niet. Even serieus, kijk even naar die tapinstallatie, jongens.

Je hebt net negentig minuten lang in de regen gestaan en je bent al doorweekt tot op je onderbroek. En dan krijg je in de kleedkamer nog de kers op de taart: een ijskoude douche. Een warme straal is een zeldzaamheid in het amateurvoetbal.

In de winter? Heerlijk. In de zomer? Pure marteling. Heb je eindelijk rust, krijg je een bekertje thee waar je je lip aan verbrandt terwijl het buiten al dertig graden is. Maar wist je trouwens dat warme drank drinken helpt als het heet is? Ja, dat zeggen ze. Maar nee, dat voelen wij niet.

Iedereen kent er wel eentje: die ene nachtbraker die het weer eens te bont heeft gemaakt en de wedstrijd overslaat. Lekker dan. Niemand laat z’n team in de steek, ook niet als je met een brakke kop uit je nest moet rollen.

Dit is misschien ook wel een van de ergste. Die ene grensrechter die alles voor de tegenstander vlagt en totaal niet objectief is. Helaas hebben we op ons niveau geen VAR, maar als die er wel was, zou ie overuren draaien. Ach, laten we eerlijk zijn: we moeten ook niet te laat aan het bier zitten.

Iedereen kent er wel eentje: die gast die denkt dat hij in de Eredivisie speelt, terwijl hij nog geen vijf meter kan sprinten zonder buiten adem te raken. Speel je ertegen? Dan is er eigenlijk maar één oplossing: een goeie zaag eruit gooien. Houdt ie meteen z’n mond.

De ultieme ergernis. Alles affluiten in het voordeel van de tegenstander, elke twijfelgeval de verkeerde kant op laten vallen. Ja, bedankt hè! Dit soort scheidsrechters maken het spelletje echt een stuk minder leuk.

En dan de laatste. Je hebt rekening gehouden met de wedstrijd, je hebt misschien zelfs de avond ervoor de alcohol laten staan (wie doen we voor de gek?), en dan… komt de tegenstander gewoon niet opdagen. Lekker dan. Aan de andere kant: dat betekent wel meteen door naar de derde helft.