Dit is waarom standbeelden altijd een kleine penis hebben
Als je ooit bij een daverende tentoonstelling van klassieke beelden bent geweest, valt het op dat de mannelijke beelden meestal een goedgevormde sixpack hebben en bij de armen hebben de beeldhouwers ook zo weinig mogelijk weggehakt. De Griekse goden waren immers echte #fitgirls. Maar wat ook opvalt is dat de meesten daarnaast een behoorlijke kleine leuter hebben. Waarom, in hemelsnaam?
Dat vroegen wij ons dus ook al jaren af. Net als jij. Kan niet missen. Stond de micropenis vroeger soms symbool voor status en macht? Is onze pielemuis door de jaren heen alleen maar groter geëvolueerd? Of ziet hier iets anders achter?
Volgens How To Talk About Art History was het vroeger niet zo’n feest om een enorme opperwachtmeester tussen je benen te hebben. “Een grote penis werd gelinkt aan dom, hitsig en lelijk”, stelt kunsthistoricus Ellen Oredsson. Niet zo’n goede reputatie dus. Je leverde dus centimeters in, voor hersencellen.
Dat zorgde ervoor dat de Grieken een grote zwans niet konden waarderen. Intelligentie, beschaafdheid en lichamelijke topconditie waren de waarden waaraan jij je status in het oude Griekenland kon ontlenen. Een slingerende tampeloeres van het formaat waarmee je Conor McGregor nog mee KO kon swaffelen, betekende dus het tegenovergestelde van die prachtige klassieke waarden en kon op weinig bewondering rekenen.
Wellicht dat er wat mensen met samengeknepen handen bidden dat deze tijd weer terugkomt. Maar het kan natuurlijk ook andere redenen hebben. Wellicht vonden de kunstenaars andere delen van het lichaam belangrijker of was het ongemakkelijk om te lang met hun neus boven een marmeren penis te hangen.
Bron: Unilad.
